Op 8 december 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda, een beschikking gegeven in een rekestprocedure betreffende de voortzetting van de inbewaringstelling van een cliënt, geboren in 1934. Het verzoek tot voortzetting is ingediend door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) op 5 december 2023, met bijlagen waaronder een beschikking van de burgemeester van Baarle-Nassau en medische verklaringen. Tijdens de mondelinge behandeling op 8 december 2023 was het niet mogelijk om de cliënt fysiek te horen vanwege een Norovirus-uitbraak in het verpleeghuis. De cliënt werd telefonisch gehoord, bijgestaan door haar advocaat, en ook psychologen en verplegend personeel gaven hun verklaringen. De advocaat pleitte voor een nadere mondelinge behandeling, omdat de cliënt het telefonisch verhandelde niet goed kon volgen.
De rechtbank oordeelde dat er sprake was van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel door het gedrag van de cliënt, die lijdt aan de ziekte van Alzheimer. Dit gedrag leidde tot risico's voor haar eigen veiligheid en die van anderen. De rechtbank concludeerde dat de voortzetting van de inbewaringstelling noodzakelijk was om dit nadeel te voorkomen. De machtiging werd verleend tot en met 22 december 2023, met de mogelijkheid voor een nadere behandeling indien de situatie dat toelaat. De beschikking werd mondeling gegeven door rechter M. Broeders en is op 8 december 2023 in het openbaar uitgesproken.