Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.De wettelijke voorschriften
8.De beslissing
een gevangenisstraf van 558 dagen, waarvan 365 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar;
algemene voorwaardedat verdachte zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
bijzondere voorwaarden:
* dat verdachte zich laat behandelen door een nader te bepalen forensische zorginstelling of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. De behandeling start direct na de klinische behandeling. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering nodig vindt. Verdachte houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorgverlener dat nodig vindt;
dadelijk uitvoerbaarzijn;
heft op het bevel voorlopige hechtenis met ingang van het momentwaarop verdachte op 12 december 2023 wordt opgenomen in FPA [tbs-instelling] .