Op 7 december 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan meerdere diefstallen, mishandeling, en drugsmisdrijven. De verdachte, geboren in 1985 en gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting te Middelburg, werd bijgestaan door raadsman mr. A.A. Nunnikhoven. De zaak werd inhoudelijk behandeld op 23 november 2023, waarbij de officier van justitie mr. J.J. Peerboom de aanklacht presenteerde. De tenlastelegging omvatte onder andere diefstal met geweld, mishandeling, en het aanwezig hebben van harddrugs. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de ten laste gelegde feiten, met uitzondering van een deel van de beschuldiging van geweld bij de diefstal.
De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan diefstal van sportkleding en -accessoires, mishandeling van een beveiliger, en het opzettelijk aanwezig hebben van amfetamine en MDMA. De rechtbank verwierp het beroep op psychische overmacht en concludeerde dat de verdachte niet ontoerekeningsvatbaar was. De officier van justitie had een ISD-maatregel gevorderd, maar de rechtbank oordeelde dat dit niet opportuun was gezien de recente veroordelingen van de verdachte en de omstandigheden van de zaak.
Uiteindelijk werd de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van tien maanden, waarvan vijf maanden voorwaardelijk met bijzondere voorwaarden, waaronder een meldplicht bij de reclassering en deelname aan verslavingszorg. De rechtbank legde ook de vordering tot tenuitvoerlegging van een eerder opgelegde taakstraf toe, omdat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan een nieuw strafbaar feit binnen de proeftijd. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer en is openbaar gemaakt op 7 december 2023.