Op 5 december 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het uitvoeren van ongeveer 3,8 kilo amfetamine naar Frankrijk. De zaak werd inhoudelijk behandeld op 21 november 2023, waarbij de verdachte niet aanwezig was, maar zijn raadsvrouw wel. De officier van justitie, mr. I.M. Peters, presenteerde bewijs dat de verdachte de drugs had uitgevoerd, waaronder een proces-verbaal van bevindingen en een rapport van het Nederlands Forensisch Instituut (NFI). De verdediging betwistte de bewijsvoering en vroeg om vrijspraak, wijzend op mogelijke onregelmatigheden in het proces-verbaal en de rechtmatigheid van de doorzoeking van het voertuig van de verdachte.
De rechtbank oordeelde dat de doorzoeking rechtmatig was en dat er voldoende bewijs was dat de verdachte op 25 juni 2022 XTC-pillen had, met de intentie deze naar Frankrijk te brengen. De rechtbank achtte het bewezen dat de verdachte opzettelijk handelde in strijd met de Opiumwet. De rechtbank legde een gevangenisstraf van 12 maanden op, rekening houdend met de ernst van het feit en de omstandigheden van de verdachte. Daarnaast werd het in beslag genomen voertuig, een Peugeot, verbeurd verklaard. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken.