ECLI:NL:RBZWB:2023:8418
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Rekestprocedure
- B. Benjaddi
- M. Reijerse
- Rechtspraak.nl
Beschikking inzake voorlopige voorzieningen en zorgregeling voor minderjarigen
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 14 november 2023 uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende voorlopige voorzieningen en een zorgregeling voor minderjarigen. De vrouw, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.C. Snikkenburg-den Haan, verzoekt om toevertrouwing van de minderjarigen aan haar, alsook om een zorgregeling en een onderhoudsbijdrage van de man van € 200 per maand per kind. De man, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.A. van Essen, verzoekt om toevertrouwing van de kinderen aan hem en een zorgregeling, en indien de kinderen aan de vrouw worden toevertrouwd, om een lagere onderhoudsbijdrage van € 106 per maand per kind.
Tijdens de mondelinge behandeling op 14 november 2023 hebben partijen overeenstemming bereikt over de zorgregeling, waarbij de kinderen in een afwisselend schema bij beide ouders verblijven. De rechtbank heeft deze regeling goedgekeurd, omdat deze in het belang van de kinderen is. De rechtbank heeft ook de toevertrouwing van de kinderen aan de man toegewezen, waarbij zij overweegt dat dit in het belang van de kinderen is vanwege de fiscale voordelen die hiermee gepaard gaan.
Wat betreft de kinderalimentatie heeft de rechtbank de behoefte van de kinderen vastgesteld op € 1.488 per maand voor drie kinderen, en de draagkracht van beide ouders berekend. De vrouw heeft een draagkracht van € 544 per maand, terwijl de man een draagkracht heeft van € 1.291 per maand. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de vrouw geen bijdrage aan de man hoeft te betalen, omdat haar draagkracht gelijk is aan de zorgkosten. De beschikking is openbaar uitgesproken door mr. Benjaddi, in aanwezigheid van griffier mr. Reijerse.