ECLI:NL:RBZWB:2023:8229
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Kort geding
- mr. Combee
- Rechtspraak.nl
Vonnis in kort geding over omgangsregeling en kinderalimentatie
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 28 november 2023 uitspraak gedaan in een kort geding tussen een man en een vrouw, die een affectieve relatie hebben gehad en samen een minderjarig kind hebben. De man vorderde dat de vrouw zou meewerken aan een omgangsregeling waarbij het kind om de twee weken bij hem zou verblijven, alsook gedurende de helft van de schoolvakanties. De vrouw voerde verweer en stelde dat de man niet-ontvankelijk verklaard moest worden in zijn vordering, omdat hij geen juridische vader is en er geen spoedeisendheid zou zijn. Tijdens de mondelinge behandeling op 24 november 2023, die met gesloten deuren plaatsvond, zijn beide partijen verschenen, bijgestaan door hun advocaten, en was ook een vertegenwoordiger van de Raad voor de Kinderbescherming aanwezig.
De voorzieningenrechter oordeelde dat er een spoedeisend belang was bij de omgang tussen de man en het kind, aangezien de omgang was stopgezet en partijen niet in staat waren om deze weer op te starten. De rechter heeft de vorderingen van de man en de vrouw gezamenlijk behandeld en een voorlopige omgangsregeling vastgesteld, die inhoudt dat de man en het kind eenmaal per veertien dagen gedurende het weekend contact met elkaar hebben, alsook gedurende de helft van de vakanties. Partijen hebben afgesproken om hulpverlening in te schakelen voor verbetering van de communicatie en verdere afspraken over de omgangsregeling. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.