Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 23 november 2023 in de zaak tussen
[belanghebbende] uit [plaats] , belanghebbende,
de Staat der Nederlanden (de minister van Justitie en Veiligheid).
Inleiding
Feiten
,uit bouwjaar 1985 met een inhoud van 480 m³. De woning heeft een dakkapel en een perceel van 3090 m2.
Beoordeling door de rechtbank
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- veroordeelt de heffingsambtenaar tot het betalen van een vergoeding van immateriële schade aan belanghebbende van € 33,33;
- veroordeelt de Staat der Nederlanden tot het betalen van een vergoeding van immateriële schade aan belanghebbende van € 66,67;
- bepaalt dat de heffingsambtenaar het griffierecht van € 24,50 aan belanghebbende moet vergoeden;
- bepaalt dat de Staat der Nederlanden het griffierecht van € 24,50 aan belanghebbende moet vergoeden;
- veroordeelt de heffingsambtenaar tot betaling van € 209,25 aan proceskosten aan belanghebbende;
- veroordeelt de Staat der Nederlanden tot betaling van € 209,25 aan proceskosten aan belanghebbende.