Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Inleiding
2.Feiten
3.Beoordeling door de rechtbank
- dat tussen de grondstaffels van beide kalenderjaren een groot verschil zit in opbouw en de indruk geeft van een aanzienlijke herijking voor het jaar 2022;
- dat de rechtbank in het verleden de waarde in goede justitie heeft bepaald op een bedrag van € 275.000 waarbij vergelijkbare beroepsgronden zijn behandeld
- dat aannemelijk is dat door de leegstand sprake is van toename van verval van het gebouwde deel en dus van waardedruk voor het opstal (dalende lijn);
- dat aannemelijk is dat de waarde van het perceel conform het algemene landelijke beeld blijft stijgen (stijgende lijn);
- dat ergens een omslagpunt is geweest waarbij de waarde van het perceel de waarde van het opstal is gepasseerd en dat daardoor toch een waardestijging waarneembaar is;
- dat vraagstukken als schade, schuld en compensatie met betrekking tot de verzakking niet in een procedure over de WOZ-waarde beantwoord kunnen worden;
- dat de rechtbank in deze procedure geen oordeel kan geven over kwijtschelding van afvalstoffenheffing;
- dat de rechtbank niet bevoegd is om aan de heffingsambtenaar instructies te geven met betrekking tot de waardevaststelling van opvolgende jaren.
4.Conclusie en gevolgen
5.Beslissing
- verklaart de beroepen gegrond;
- vernietigt de uitspraken op bezwaar;
- vermindert de bij beschikking vastgestelde waarde van de woning voor het jaar 2021 naar een bedrag van € 225.000 en vermindert de aanslag onroerendezaakbelastingen dienovereenkomstig;
- vermindert de bij beschikking vastgestelde waarde van de woning voor het jaar 2022 naar een bedrag van € 265.000 en vermindert de aanslag onroerendezaakbelastingen dienovereenkomstig;
- bepaalt dat de heffingsambtenaar het griffierecht van € 49 betreffende zaak 21/5418 aan belanghebbende moet vergoeden;
- bepaalt dat de heffingsambtenaar het griffierecht van € 50 betreffende zaak 22/6056 aan belanghebbende moet vergoeden;
- veroordeelt de heffingsambtenaar tot betaling van € 35,22 aan proceskosten aan belanghebbende.