ECLI:NL:RBZWB:2023:7990
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Bodemzaak
- Rechtspraak.nl
Vordering van huurder tot herstel van gebreken in woning en schadevergoeding
In deze bodemzaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 15 november 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een huurder en de Stichting Woonkwartier. De huurder, vertegenwoordigd door mr. A.T.J.W. van Heumen, vorderde herstel van gebreken in de huurwoning, waaronder vochtproblemen, en schadevergoeding. De gedaagde partij, Woonkwartier, vertegenwoordigd door mr. J.G. van Heertum, voerde aan dat zij de gebreken inmiddels had verholpen en dat de gemaakte afspraken zijn nagekomen. De procedure volgde op eerdere klachten van de huurder over vochtproblemen, die al sinds 2020 bestonden. De Huurcommissie had eerder geoordeeld dat de gebreken in januari 2022 waren hersteld, maar de huurder was het daar niet mee eens en startte deze procedure. Tijdens de zitting op 16 februari 2023 hebben partijen afspraken gemaakt over herstelwerkzaamheden en compensatie. De kantonrechter oordeelde dat de vorderingen van de huurder niet toewijsbaar waren, omdat de gebreken waren verholpen en de gemaakte afspraken door Woonkwartier waren nagekomen. De vorderingen tot schadevergoeding en huurprijsverlaging werden afgewezen, en de proceskosten werden gecompenseerd, zodat iedere partij zijn eigen kosten draagt.