Uitspraak
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
5.De beslissing
spreekt verdachte vrijvan het primair, subsidiair en meer subsidiair tenlastegelegde.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 16 november 2023, wordt de verdachte, een 41-jarige man, vrijgesproken van het plegen van ontuchtige handelingen met een 15-jarig Roma-meisje. De verdachte werd beschuldigd van het seksueel binnendringen van het meisje, dat volgens de zigeunerwet met hem getrouwd zou zijn. De rechtbank oordeelt dat er onvoldoende bewijs is om de verdachte te veroordelen. De enige verklaring die als bewijs kan dienen, is die van het slachtoffer zelf, die aangaf dat zij seks met de verdachte had gehad. Echter, de rechtbank concludeert dat deze verklaring niet voldoende steunbewijs biedt voor de tenlastelegging. Er zijn geen andere bewijzen die de verklaring van het slachtoffer ondersteunen, zoals getuigen of fysieke bewijzen. De rechtbank wijst ook op de onduidelijkheid in de verklaring van het slachtoffer over de specifieke seksuele handelingen die zouden zijn verricht. Daarnaast zijn er foto's aangetroffen op de telefoon van de verdachte, maar deze konden niet worden gelinkt aan het slachtoffer. De rechtbank concludeert dat er geen sprake is van een schending van het discriminatieverbod en dat de ingezette dwangmiddelen rechtmatig zijn toegepast. Uiteindelijk komt de rechtbank tot de beslissing om de verdachte vrij te spreken van alle tenlastegelegde feiten.