In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 9 november 2023, wordt het beroep van eiseres beoordeeld tegen het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) wegens het niet tijdig beslissen op haar bezwaar tegen de afwijzing van haar Wajong-aanvraag. Eiseres had op 2 januari 2023 bezwaar gemaakt tegen de afwijzing van haar aanvraag van 29 november 2022. De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk gegrond is, omdat UWV niet binnen de wettelijk vereiste termijn van zeventien weken heeft beslist. Eiseres heeft UWV op 29 juni 2023 in gebreke gesteld, maar er is nog steeds geen besluit genomen. De rechtbank bepaalt dat UWV binnen twee weken na deze uitspraak een nieuw besluit moet nemen, maar in dit geval wordt een termijn van vier maanden opgelegd om een zorgvuldige heroverweging te waarborgen. Tevens wordt een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres krijgt ook een vergoeding van € 418,50 voor proceskosten en het griffierecht van € 50,- moet door UWV worden vergoed. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om verzet aan te tekenen.