ECLI:NL:RBZWB:2023:7848

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
16 november 2023
Publicatiedatum
9 november 2023
Zaaknummer
02-700216-18
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege

Op 16 november 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, zittingsplaats Middelburg, uitspraak gedaan in de zaak betreffende de verlenging van de terbeschikkingstelling (tbs) van een betrokkene, geboren in 1981, die momenteel verblijft in een tbs-instelling. De officier van justitie had op 8 september 2023 een vordering ingediend tot verlenging van de tbs met twee jaar, aangezien de oorspronkelijke termijn op 5 november 2023 zou eindigen. De rechtbank heeft de vordering behandeld op 2 november 2023, waarbij de officier van justitie en de betrokkene, bijgestaan door zijn raadsman, zijn gehoord. De deskundigen hebben geadviseerd om de tbs te verlengen, gezien de psychische toestand van de betrokkene, die lijdt aan een schizo-affectieve stoornis en een geschiedenis van ernstige pedagogische verwaarlozing en seksueel misbruik. De rechtbank heeft vastgesteld dat het recidivegevaar nog steeds aanwezig is en dat de betrokkene niet in staat is om adequaat om te gaan met zijn psychische klachten zonder de nodige begeleiding. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de tbs-maatregel met twee jaar moet worden verlengd, omdat er geen bijzondere omstandigheden zijn die een kortere verlenging rechtvaardigen. De beslissing is genomen op basis van de adviezen van de tbs-instelling en externe gedragsdeskundigen, die allemaal hebben gepleit voor een verlenging van de tbs-maatregel.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Strafrecht
Zittingsplaats: Middelburg
Parketnummer: 02/700216-18
beslissing van de meervoudige kamer van 16 november 2023
op de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de terbeschikkingstelling van
[betrokkene] ,
geboren te [geboorteplaats 1] ( [land] ) op [geboortedag] 1981,
thans verblijvende bij [tbs-instelling] , [postcode] [plaats] , [adres] .

1.De stukken

Het dossier bevat onder meer de volgende stukken:
- de vordering van de officier van justitie van 8 september 2023, die strekt tot verlenging van de terbeschikkingstelling (hierna tbs) met twee jaar;
- de aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van betrokkene tot en met 9 augustus 2023;
- het rapport van [tbs-instelling] (hierna: de tbs-instelling) van 9 augustus 2023, waarin het advies van de tbs-instelling is vermeld;
- een advies van [psycholoog] van 24 juli 2023;
- een advies van [psychiater] van 29 juli 2023.

2.De procesgang

Bij vonnis van de rechtbank Zeeland - West-Brabant, locatie Middelburg, van 23 juli 2019 is betrokkene veroordeeld voor bedreiging, poging doodslag en diefstal, tot tbs met verpleging van overheidswege. De rechtbank constateert dat het hier gaat om misdrijven als bedoeld in artikel 38e, eerste lid, Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr).
De tbs is aangevangen op 5 november 2019. De tbs is bij beslissing van 9 november 2021 verlengd voor een termijn van twee jaar. Behoudens verlenging eindigt de termijn van
de tbs op 5 november 2023.
De vordering tot verlenging van de officier van justitie is door deze rechtbank behandeld ter
zitting van 2 november 2023. Ter zitting is de officier van justitie, mr. I.M. Peters,
gehoord. Betrokkene, bijgestaan door zijn raadsman mr. A.R. Ytsma, advocaat te Amsterdam, is door middel van beeldbellen gehoord.
Voorts is als [deskundige] , klinisch psycholoog, ter zitting gehoord.

3.Het advies van de tbs-instelling

De tbs-instelling heeft geadviseerd de tbs te verlengen met twee jaar en heeft daartoe het volgende naar voren gebracht.
Betrokkene is gediagnosticeerd met een schizo-affectieve stoornis van het bipolaire type. Zijn verleden en jeugdervaringen zijn gekenmerkt door ernstige pedagogische verwaarlozing, seksueel misbruik en onvoldoende mogelijkheden om zich langdurig veilig te hechten aan voor hem betekenisvolle personen. In combinatie met een schizo-affectieve stoornis staat betrokkene daardoor wantrouwend en soms achterdochtig in het leven.
Het risico op gewelddadig gedrag binnen een zorgkader wordt ingeschat als laag-matig. Het risico wordt als laag-matig ingeschat, omdat bij betrokkene sprake is van probleembesef, maar het ontbreekt aan probleeminzicht. Hij is in staat om risicofactoren te benoemen, maar hij gedraagt zich hier niet naar. Hij kan niet tijdig hulp inschakelen wanneer de psychotische klachten toenemen. Wanneer een zorgkader ontbreekt wordt het risico op gewelddadig gedrag ingeschat als hoog. Door het beperkte probleeminzicht bestaat er een grote kans dat betrokkene medicatie niet correct zal innemen en zal terugvallen in middelengebruik. Daarnaast is er sprake van een neiging tot wantrouwen naar zijn omgeving, waardoor betrokkene achterdochtig kan raken. Er bestaat twijfel of betrokkene bij oplopende achterdocht in staat zal zijn om spanningen op een adequate wijze te reguleren en zich aan afspraken over delict preventie te houden. Betrokkene is medicatietrouw en heeft het afgelopen jaar geen uitglijder gehad in middelengebruik. Hij is sinds 8 mei 2023 begonnen met onbegeleid verlof. De eerste paar keer is dit goed gegaan, echter kwam betrokkene na een paar keer meerdere malen te laat terug van verlof. Het verlof is, hierop anticiperend, voor een aantal dagen ingetrokken. Daarnaast werd betrokkene steeds achterdochtiger richting het team, deed hij meer aankopen zonder dit te overleggen en liet betrokkene seksueel grensoverschrijdend gedrag zien. Dit alles lijkt voort te komen uit een psychotisch manische ontregeling. Het onbegeleid verlof van betrokkene is om deze reden opgeschort. Geadviseerd wordt de tbs-maatregel te verlengen voor de duur van twee jaar. De komende periode zal betrokkene, wanneer het toestandsbeeld stabiel blijft, eerst weer begeleid verlof praktiseren. Wanneer dit goed blijft gaan en er geen risico’s worden waargenomen, kan betrokkene zijn onbegeleid verlof voortzetten. Mocht dit goed verlopen, mocht hij de positieve lijn van zijn ontwikkelingen vasthouden en zijn psychisch toestandsbeeld stabiel blijven, dan zal op termijn een transmuraal verlof aangevraagd worden. Het uiteindelijke doel is uitstromen naar een forensische RIBW, Rotterdam Fivoor. Het doel is om daar het eerste kwartaal van 2024 naar uit te stromen.
Ter zitting heeft de deskundige daaraan nog toegevoegd dat een compliment naar betrokkene op zijn plaats is, gezien de manier waarop hij zich heeft hersteld na een moeilijke periode in de zomer. In de visie van de tbs-instelling is het klinisch behandelplafond in zicht. De grootste stappen die nu gemaakt moeten worden, zien op het inbedden in een prosociaal netwerk. Dat is heel beschermend om recidive te voorkomen en kan intern niet worden geboden. Daarbij zal wel een juiste mate van toezicht aan de orde moeten blijven, maar dat hoeft niet per se in een tbs-instelling plaats te vinden. Op heel korte termijn zal transmuraal verlof aangevraagd worden. De deskundige blijft bij het advies tot verlenging van de tbs-maatregel met twee jaar, omdat er stappen gemaakt zullen worden en juist die transities spannende momenten zijn. Bovendien zal eerst het transmuraal verlof nog vorm moeten krijgen. Ook wanneer het traject snel verloopt, zal dit in ieder geval de duur van een jaar overstijgen.

4.Het advies van de externe gedragsdeskundigen

[psycholoog] heeft in het rapport van 24 juli 2023 naar voren gebracht dat bij betrokkene sprake is van schizofrenie en een stoornis in cannabisgebruik, in langdurige remissie in een gereguleerde omgeving. De onderliggende dynamiek wordt gestuwd vanuit zijn psychotische belevingen. Zijn copingvaardigheden zijn zeer beperkt en tijdens een floride psychose schiet zijn impulscontrole te kort. Hij ageert zijn boosheid dan uit op de personen over wie hij de overtuiging heeft dat zij zich tegen hem keren. Het ziekte- en probleembesef bij betrokkene is gering. Bij een klinisch verblijf zijn voldoende beschermende factoren aanwezig om de kans op recidive te beperken tot laag-matig. In een situatie uit-zorg zijn er weinig beschermende factoren en wordt de kans op recidive als hoog ingeschat. Bij betrokkene zijn de psychotische symptomen chronisch aanwezig en hij blijkt enkel bij weinig stress in staat te zijn om deze verhullen. Dit maakt dat het gebruik van antipsychotica een belangrijk onderdeel is van het risicomanagement. Het vanuit achterdocht niet delen van zijn binnenwereld maakt dat de kans dat hij te hoog wordt ingeschat, met bijbehorende risico’s op ontregeling, aanwezig blijft. Het verblijven in een klinische setting met toezicht, controle en behandeling wordt dan ook nog steeds als een noodzakelijk onderdeel van het risicomanagement gezien. Het omgaan met boosheid en agressiegevoelens vragen aandacht in de behandeling. Ook het onderwerp medicatie alsook het accepteren van zijn beperkingen en omgaan met agressiegevoelens vragen in de behandeling nog de nodige aandacht. Hierin moeten nog stappen gezet worden. Pas wanneer er duidelijk zicht is op wat nodig is om ontregelingen te voorkomen, dan wel tijdig, liefst door betrokkene zelf, te signaleren, kan een verdere uitstroomkoers bepaald worden. Op basis van het huidige onderzoek lijkt een doorstroom naar een longcare-setting realistischer dan het uitstromen naar een RIBW. Geadviseerd wordt de tbs-maatregel met twee jaar te verlengen. Het ligt niet in de lijn der verwachting dat een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging binnen een jaar realistisch is. Ook een overgang naar de WVGGZ wordt niet als een realistisch scenario gezien. Geadviseerd wordt het bevel tot verpleging met twee jaar te continueren.
[psychiater] heeft in het rapport van 29 juli 2023 naar voren gebracht dat bij betrokkene primair sprake is van schizofrenie. Daarnaast is er de neiging overmatig cannabis te gebruiken, maar deze is in remissie binnen de huidige setting. Tot slot kende betrokkene symptomen die aan trauma gerelateerd waren, maar deze zijn succesvol behandeld. Als de onderhavige maatregel zou komen te vervallen, wordt de kans op recidive ingeschat als zeer hoog. Binnen het bestaande kader en in de huidige setting is het risico matig. Het ontbreken van duurzame stabiliteit in de toestand van betrokkene, die de laatste maanden en ook in dit psychiatrische onderzoek duidelijk zichtbaar is geweest, vraagt om het handhaven van een beveiligde, gestructureerde en zorgintensieve behandelsetting zoals de huidige tbs-instelling deze biedt. In een dergelijke klinische setting kan betrokkene voldoende begrensd worden en kan ook de inzet van verplichte of dwangbehandeling plaatsvinden zonder dat de risico’s op agressie oplopen tot onverantwoorde hoogte. Als betrokkene stabiel is, kan hij begeleid of onbegeleid verlof genieten in deze setting, maar dit verlof moet ook weer ingetrokken kunnen worden. Pas als betrokkene langdurig stabiel is, waartoe met name de inzet van andere antipsychotische medicatie in overweging wordt gegeven, is verdere resocialisatie op zijn plaats. Geadviseerd wordt de tbs-maatregel met twee jaar te verlengen. Betrokkene is vooralsnog chronisch instabiel. Daarmee wordt niet voldaan aan de basisvoorwaarden voor resocialisatie. Het is daarmee niet aannemelijk dat betrokkene over een jaar toe is aan een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging. Het is evenmin aannemelijk dat hij dan zo is ingebed in de reguliere ggz, dat een zorgmachtiging te overwegen is.

5.Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie is ter zitting bij de vordering de tbs met twee jaar te verlengen gebleven.

6.Het standpunt van de verdediging

Betrokkene heeft ter zitting verklaard dat het momenteel goed met hem gaat. Aanvankelijk verliepen de begeleide verloven goed, maar bij het opstarten van onbegeleid verlof had betrokkene een mindere periode. Daarvan is hij nu hersteld en het gaat een stuk beter. Er moeten stappen gezet worden en vertrouwen gecreëerd worden. Betrokkene geeft aan zich daarvoor te zullen gaan inzetten gedurende de komende periode.
De verdediging heeft betoogd dat de rapporten over betrokkene op een ongelukkig moment zijn opgemaakt. Volgend jaar gaat veel gebeuren. Betrokkene wordt overgeplaatst naar Rotterdam. Door de deskundige is aangegeven dat betrokkene in de tbs-instelling niet veel meer zal leren, maar ingebed moet worden in een prosociaal netwerk. Daarin zit een belangrijke beschermende factor. Bij voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging staat het risico nu op matig. Betrokkene gaat stappen zetten en als hij gestabiliseerd blijft, gaat het recidiverisico verder omlaag. Dat is een objectief argument om juist volgend jaar de tbs-maatregel opnieuw te toetsen. Gekeken moet worden wat volgend jaar de stand zaken is. Verzocht wordt de tbs-maatregel te verlengen met één jaar.

7.Het oordeel van de rechtbank

De rechtbank is bevoegd om van de vordering kennis te nemen, omdat zij in eerste aanleg
kennis heeft genomen van de misdrijven ter zake waarvan de tbs is gelast.
De vordering tot verlenging van de tbs-maatregel is tijdig, dat wil zeggen niet eerder dan
twee maanden en niet later dan één maand voor het tijdstip waarop de tbs door tijdsverloop
zal eindigen, ingediend. De officier van justitie is ontvankelijk in de vordering.
De tbs kan slechts worden verlengd indien de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen de verlenging van de tbs eist. Het recidivegevaar moet nog aanwezig zijn en moet voortvloeien uit een ziekelijke stoornis en/of een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens. Gelet op de adviezen van de tbs-instelling en de externe gedragsdeskundigen wordt nog steeds voldaan aan dit wettelijke criterium.
Betrokkene is in mei 2023 begonnen met het onbegeleid verlof. Vervolgens lijkt er in de zomer sprake te zijn geweest van een psychotisch manische ontregeling bij betrokkene, waarbij het onbegeleid verlof is stopgezet. Inmiddels gaat het weer beter met betrokkene. Het behandelplafond lijkt in zicht te zijn en het is nu met name van belang dat betrokkene wordt ingebed in een prosociaal netwerk. Het onbegeleid verlof is weer opgestart en op korte termijn zal transmuraal verlof worden aangevraagd, waarbij het uiteindelijke doel is uit te stromen naar een forensische RIBW. Dit traject zal zeker nog langer dan een jaar in beslag nemen.
Het uitgangspunt van de rechtbank is dat behoudens bijzondere omstandigheden de tbs verlengd moet worden met twee jaar, wanneer aannemelijk is geworden dat het traject meer tijd in beslag zal nemen dan een jaar. De rechtbank stelt op basis van de adviezen en de door de deskundige ter zitting gegeven toelichting vast dat niet te verwachten is dat binnen een jaar gronden aanwezig zullen zijn die een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging rechtvaardigen. Ook is er geen sprake van een bijzondere omstandigheid die een verlenging met een jaar vereist.
De rechtbank zal daarom de tbs-maatregel met verpleging van overheidswege met twee jaar verlengen.

8.De beslissing

De rechtbank verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege van [betrokkene] met twee jaar.
Deze beslissing is gegeven door mr. A.B. Scheltema Beduin, voorzitter, mr. J. Bergen en mr. H. Skalonjic, rechters, in tegenwoordigheid van de griffier mr. C.E.A.M. van der Ven -van de Riet en is uitgesproken ter openbare zitting op 16 november 2023.