ECLI:NL:RBZWB:2023:7793
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toepassing van het kwarttarief voor motorrijtuigenbelasting en de ingangsdatum daarvan
Op 8 november 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak over de toepassing van het kwarttarief voor motorrijtuigenbelasting. De belanghebbende, een B.V. gevestigd te [plaats], had bezwaar gemaakt tegen de beschikking van de inspecteur van de belastingdienst, die het kwarttarief had toegepast met ingang van 27 juni 2021. De rechtbank beoordeelde of deze ingangsdatum correct was, of dat het kwarttarief met terugwerkende kracht vanaf de datum van tenaamstelling van het motorrijtuig (27 juni 2019) moest worden toegepast.
De rechtbank oordeelde dat de inspecteur terecht de ingangsdatum van 27 juni 2021 had gehanteerd. De rechtbank stelde vast dat het verzoek om toepassing van het kwarttarief vóór de aanvang van het tijdvak ingediend moest worden en dat het kwarttarief niet automatisch van rechtswege wordt toegepast. De rechtbank benadrukte dat de wet- en regelgeving geen basis biedt voor een terugwerkende kracht verder dan het begin van het tijdvak waarin het verzoek is ingediend.
De rechtbank concludeerde dat het beroep van de belanghebbende ongegrond was, waardoor de beschikking van de inspecteur in stand bleef. De belanghebbende kreeg geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten. De uitspraak werd openbaar gemaakt en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.