ECLI:NL:RBZWB:2023:7491
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Bodemzaak
- M.J.S. Spanjersberg
- Rouwen
- Rechtspraak.nl
Aanvulling op eindvonnis in civiele zaak over betaling van meerwerk
In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, is op 25 oktober 2023 een aanvulling op een eerder vonnis uitgesproken. De zaak betreft een geschil tussen eiser, vertegenwoordigd door mr. M.J.S. Spanjersberg, en de gedaagden, die gezamenlijk worden vertegenwoordigd door Stichting Achmea Rechtsbijstand. De eiser had verzocht om aanvulling van het vonnis van 6 september 2023, omdat er abusievelijk niet was beslist over een vordering tot betaling van € 1.929,00 inclusief btw voor meerwerk, dat door de gedaagden was erkend. De gedaagden stelden echter dat een deel van dit bedrag, namelijk € 1.571,28, niet in het vonnis was behandeld.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat er inderdaad een verzuim was in de eerdere uitspraak en dat dit verzuim zich leent voor aanvulling op basis van artikel 32 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. De rechter heeft de argumenten van de gedaagden gevolgd en besloten dat het totale meerwerk een bedrag van € 5.363,26 inclusief btw toewijsbaar is. Dit bedrag is hoofdelijk veroordelend aan de gedaagden opgelegd, wat betekent dat elke gedaagde kan worden gedwongen het volledige bedrag te betalen. De beslissing is openbaar uitgesproken en de griffier is opgedragen om het vonnis te hechten aan de minuut van het eerdere vonnis.
De uitspraak benadrukt het belang van zorgvuldigheid in de procesgang en de noodzaak om alle relevante vorderingen in een vonnis te behandelen. De rechter heeft de eerdere beslissing bevestigd, met de aanpassing dat de gedaagden hoofdelijk aansprakelijk zijn voor het totale bedrag, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 30 december 2022 tot de dag van volledige betaling.