Uitspraak
RECHTBANKZEELAND-WEST-BRABANT
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Breda
Zaaknummer: 10188099 \ CV EXPL 22-3431
Vonnis van 25 oktober 2023
in de zaak van
EFADO B.V,
te Haarlem,
eisende partij,
hierna te noemen: Efado,
gemachtigde: mr. Z. Etemadi,
tegen
UNITED CONCEPTS B.V,
te Tilburg,
gedaagde partij,
hierna te noemen: United Concepts,
vertegenwoordigd door [naam 1] .
1.De procedure
1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 25 januari 2023;
- de conclusie van antwoord in reconventie;
- de mondelinge behandeling van 3 augustus 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt;
- de akte van Efado;
- de akte van United Concepts.
1.2.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft United Concepts notities overgelegd. De kantonrechter zal geen kennisnemen van dit stuk, gelet op het bezwaar van Efado.
1.3.
Bij voormelde akten hebben beide partijen bericht dat zij niet in staat zijn gebleken om een onderlinge regeling te treffen. De kantonrechter zal geen acht slaan op de verdere informatie vermeld in de akten, nu partijen tot de mondelinge behandeling in de gelegenheid waren om hun standpunten naar voren te brengen. De kantonrechter zal vonnis wijzen.
2.De feiten
2.1.
Tussen partijen staan de volgende feiten vast:
- Efado en United Concepts hebben met elkaar op 25 maart 2019 een leningsovereenkomst gesloten, ten behoeve van een nieuw op te richten besloten vennootschap.
- In de leningsovereenkomst is, voor zover van belang, het volgende opgenomen:
Article 2 – Cooperation
The Company and Lender intend to engage in informal cooperation for the duration of
two years with the sole intention of establishing a private liability company, hereinafter
referred to as the Limited. (…)
Article 4 – Loan
4.1
The principal amount of the Loan, hereinafter referred to as the Principal, is
€ 5.000,00 (euro).
Article 5 – Interest
The Principal is interest-bearing at the Interest Rate and the Company or the Limited
will pay out all accumulated and unpaid interest to the Lender at the end of each calen- der year or at Conversion Time.
Article 6 - Maturity
6.3
The company is authorized, at its sole discretion, to extend the Maturity Date, if the Limited is not or cannot be formally established on or before the Maturity Date. (…)
6.13
The extended Maturity Date, as referred to in articles 6.3 and 6.8, is a maximum of four (4) years.
- Op grond van artikel 5 van de leningsovereenkomst en de bijbehorende bijlage Annex 1
bedraagt de contractuele rente 2,5 % per jaar, jaarlijks te voldoen aan het einde van elk kalender jaar tot een maximum van € 125,00 bij een volledig kalenderjaar of tot een lager bedrag bij een niet volledig kalenderjaar
- Efado heeft op grond van artikel 4.1. van de leningsovereenkomst op 29 maart 2019
€ 5.000,00 betaald aan United Concepts.
- Op 14 februari 2022 is namens Efado aan United Concepts het volgende bericht
: “M.b.t.
: “M.b.t.
de Loan Agreement [kenmerk] , de maturity date is reeds lang verstreken, voor
zover bij bekend is qualified financing van € 100.000,- niet behaald en is er geen limited
opgericht. Dit houdt m.i. in dat dit repayment plaats zal dienen te vinden, kun je dat in
gang zetten?”
-Op 2 maart 2022 is namens United Concepts aan [naam 2] het volgende bericht:
“(…) de looptijd van de onderhavige overeenkomst is maximaal 4 jaar. De onderstaande mail van jouw zijde geeft blijk van de wens om de looptijd te verkorten, met geheel of gedeeltelijke terugbetaling. Het is momenteel de vraag of en in hoeverre dat mogelijk is, al dan niet middels minnelijk overleg”.
- Bij brief van 21 september 2022 is namens Efado United Concepts gesommeerd tot
terugbetaling van de lening, contractuele rente, wettelijke handelsrente en buitengerech-
telijke incassokosten. Daarna hebben partijen met elkaar per e-mail gecorrespondeerd.
- Op 12 december 2022 heeft United Concepts een bedrag van in totaal € 4.498,47 aan
Efado terugbetaald. Dit bedrag is in de mail van 12 december 2022 van United Concepts
aan Efado toegelicht.
- Op 12 december 2022 heeft United Concepts aan Efado een bedrag van € 491,46
gefactureerd.
3.Het geschil
In conventie:
3.1.
Efado vordert - samengevat - veroordeling van United Concepts tot betaling van
- € 5.000,00, € 5.000,00, vermeerderd met € 253,48 aan contractuele rente vanaf 25 maart 2019 tot en met 25 maart 2021, vermeerderd met de wettelijke handelsrente over de hoofdsom en de contractuele rente vanaf 25 maart 2021, vermeerderd met de wettelijke handelsrente tot en met de dag van de algehele betaling;
- € 625,00 aan buitengerechtelijke incassokosten;
- de proceskosten en de nakosten.
3.2.
United Concepts voert verweer. United Concepts concludeert tot afwijzing van de vorderingen van Efado.
In reconventie:
3.3.
United Concepts vordert - samengevat –
- gerechtelijke erkentenis van de factuur met [nummer 1] is verrekend met de terugbetaling van de lening;
- gerechtelijke erkentenis van het feit dat verrekening van de contractuele rente over 2020 en 2021 heeft plaatsgevonden, waarbij de factuur [nummer 2] zal worden gecrediteerd;
- Efado te veroordelen tot het leveren van bewijs over de cliëntrelatie tussen Efado en haar advocaat, ter vaststelling van enkele feiten en omstandigheden;
- veroordeling tot betaling van een vergoeding van primair een bedrag van € 1.500,00 aan gewerkte uren, subsidiair ter zake van de factuur met [nummer 1] gemaakte uren tot een bedrag van € 172,07;
- veroordeling tot betaling van buitengerechtelijke incassokosten van € 225,00, de proceskosten, de nakosten van € 124,00 en de wettelijke rente over voormelde bedragen tot aan de dag van de algehele voldoening.
3.4.
Efado voert verweer en concludeert tot niet-ontvankelijkheid van, dan wel tot afwijzing van de vorderingen van United Concepts, althans dat bij gedeeltelijke toewijzing een uitvoerbaarheid bij vonnis wordt ontzegd, met veroordeling van United Concepts in de kosten van deze procedure.
4.De beoordeling
4.1.
De kantonrechter zal de vorderingen in conventie en in reconventie gelet op de samenhang gezamenlijk beoordelen.
4.2.
Efado vordert terugbetaling van de lening, omdat deze volgens haar opeisbaar is.
De leningsovereenkomst is voor bepaalde tijd aangegaan en de looptijd van twee jaar is verstreken. Dit betekent dat United Concepts naast de hoofdsom de contractuele rente van 2,5 % en de wettelijke handelsrente is verschuldigd. Ook stelt Efado dat United Concepts buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd is geworden, omdat Efado genoodzaakt was de vordering ter incasso uit handen te geven.
4.3.
United Concepts voert verweer op na te melden gronden.
4.4.
Kern van het geschil tussen partijen is de vraag of de leningsovereenkomst, waarvan vaststaat dat deze een looptijd had van in ieder geval 2 jaar, is verlengd tot 4 jaar.
4.5.
Uit artikel 6.3 van de leningsovereenkomst volgt dat uitsluitend United Concepts de overeenkomst kan verlengen, als de nieuwe nog op te richten vennootschap nog niet kan worden geformaliseerd vóór de geplande einddatum van 25 maart 2021. Daar waar Efado stelt dat United Concepts voor de einddatum geen beroep heeft gedaan op verlenging van de overeenkomst, zodat de lening al vanaf 25 maart 2021 opeisbaar was, stelt United Concepts tijdens de zitting dat op verzoek van Efado telefonisch een verlenging van de leningsovereenkomst was overeengekomen. De kantonrechter stelt vast dat de stelling of aanspraak is gemaakt op verlenging, niet kan worden vastgesteld omdat de meningen daarover uiteenlopen. Wel is bij dagvaarding als productie 7 een e-mailbericht van 14 februari 2022 van Efado in het geding gebracht. Uit deze e-mail, ongeveer een jaar later verzonden dan de aanvankelijk geplande einddatum van maart 2021, schrijft [naam 2] namens Efado dat “
de ‘maturity date’ reeds lang is verstrekenen dat
er geen limited is opgericht.”Dit suggereert weliswaar dat geen verlenging is overeengekomen, maar als Efado al in maart 2021 had gevonden dat het project zou gaan eindigen omdat de doelen niet werden behaald, had het op haar weg gelegen om United Concepts daarover eerder te informeren en niet pas in februari 2022. Uit de e-mail van 2 maart 2022 van United Concepts blijkt dat zij uitgaat van een verlenging tot 4 jaar. Verder is in artikel 6.3 van de leningsovereenkomst niet vermeld op welke wijze mag worden verlengd. In de overeenkomst is vastgelegd dat alleen United Concepts tot verlenging mocht overgaan en dat dit een ruime bevoegdheid (‘sole discretion’) betreft. Indien Efado haar de mogelijkheid had willen ontzeggen om te verlengen, dan had zij dat in een veel eerder stadium aan moeten geven. De kantonrechter volgt dan ook het standpunt van United Concepts dat de looptijd van de overeenkomst 4 jaar bedroeg, zodat de einddatum (‘maturity date’) moet worden gezet op 25 maart 2023. Dit betekent dat de lening pas vanaf dat moment opeisbaar was dan wel zou zijn geweest. Omdat United Concepts op 12 december 2022 de lening heeft terugbetaald, is zij tot 12 december 2022 contractuele rente verschuldigd. Betaling van wettelijke handelsrente is dan ook niet aan de orde. Vervolgens is de vraag of United Concepts alle bedragen die zij verschuldigd was, heeft (terug)betaald.
de ‘maturity date’ reeds lang is verstrekenen dat
er geen limited is opgericht.”Dit suggereert weliswaar dat geen verlenging is overeengekomen, maar als Efado al in maart 2021 had gevonden dat het project zou gaan eindigen omdat de doelen niet werden behaald, had het op haar weg gelegen om United Concepts daarover eerder te informeren en niet pas in februari 2022. Uit de e-mail van 2 maart 2022 van United Concepts blijkt dat zij uitgaat van een verlenging tot 4 jaar. Verder is in artikel 6.3 van de leningsovereenkomst niet vermeld op welke wijze mag worden verlengd. In de overeenkomst is vastgelegd dat alleen United Concepts tot verlenging mocht overgaan en dat dit een ruime bevoegdheid (‘sole discretion’) betreft. Indien Efado haar de mogelijkheid had willen ontzeggen om te verlengen, dan had zij dat in een veel eerder stadium aan moeten geven. De kantonrechter volgt dan ook het standpunt van United Concepts dat de looptijd van de overeenkomst 4 jaar bedroeg, zodat de einddatum (‘maturity date’) moet worden gezet op 25 maart 2023. Dit betekent dat de lening pas vanaf dat moment opeisbaar was dan wel zou zijn geweest. Omdat United Concepts op 12 december 2022 de lening heeft terugbetaald, is zij tot 12 december 2022 contractuele rente verschuldigd. Betaling van wettelijke handelsrente is dan ook niet aan de orde. Vervolgens is de vraag of United Concepts alle bedragen die zij verschuldigd was, heeft (terug)betaald.
4.6.
Tussen partijen is niet in geschil dat United Concepts van de lening de contractuele rente over de jaren 2019 heeft betaald en dat zij de contractuele rente over de jaren 2020 en 2021 heeft verrekend in verband met voor Efado verrichte werkzaamheden. Zoals eerder vermeld heeft United Concepts op 12 december 2022 een bedrag van in totaal € 4.498,47 (terug)betaald. Uit productie 13 bij de conclusie van antwoord in conventie blijkt dat dit bedrag is berekend door op de (geleende) hoofdsom van € 5.000,00, een bedrag van
€ 118,42 aan verrekening contractuele rente januari 2022 tot en met 12 december 2022, in mindering te brengen, én een bedrag van € 619,94 aan verrekening overige vorderingen United Concepts. Dit laatstgenoemde bedrag bestaat, zo begrijpt de kantonrechter, uit verschillende posten, te weten een bedrag van € 591,46 en € 28,49.
4.7.
Het verrekende bedrag van € 591,46 ziet op het bedrag vermeld in de factuur van
12 december 2022, productie 15 bij de conclusie van antwoord in conventie. Tijdens de mondelinge behandeling heeft United Concepts onweersproken toegelicht dat deze factuur ziet op werkzaamheden die door haar voor Efado zijn verricht. Efado heeft tijdens de zitting ingestemd met verrekening van de factuur met het geleende bedrag.
4.8.
Het bedrag van € 28,49 ziet, zo begrijpt de kantonrechter, op de contractuele rente van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2021 welke bancair is voldaan. Tijdens de zitting is besproken dat de contractuele rente over 2021 ad € 125,00 per jaar al is verrekend, zodat United Concepts € 28,49 te veel heeft betaald. Dit betekent dat United Concepts € 28,49 terecht op het te betalen bedrag in mindering heeft gebracht.
4.9.
Gelet op het hiervoor in rechtsoverweging 4.7 en 4.8 overwogene en de betaalde en verrekende bedragen, is United Concepts dan ook geen bedrag meer aan Efado verschuldigd. Dit brengt mee dat de vordering in conventie met betrekking tot de terugbetaling van de lening en de contractuele rente wordt afgewezen.
Buitengerechtelijke incassokosten
4.10.
Efado vordert in conventie vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten. Nu gebleken is dat United Concepts op moment van aanmaning niet in verzuim verkeerde, is niet voldaan aan de eisen van art. 6:96 lid 6 BW. De buitengerechtelijke incassokosten zullen worden afgewezen.
4.11.
Dat geldt eveneens voor de door United Concepts in reconventie gevorderde buitengerechtelijke incassokosten. Niet gesteld of gebleken is dat Efado in verzuim verkeerde. Derhalve is niet voldaan aan de eisen van art. 6:96 lid 6 BW en zullen de buitengerechtelijke incassokosten worden afgewezen.
Gerechtelijke erkentenis / Verklaring voor recht
4.12.
United Concepts heeft in reconventie gevorderd om gerechtelijke erkentenis van de factuur met [nummer 1] van 12 december 2022 en een gerechtelijke erkentenis dat in de jaren 2020 en 2021 is bijgedragen in de kosten van salarissoftware van telkens € 250,00 per jaar en dat dit is verrekend met de contractuele rente over 2020 en 2021, waarbij de factuur [nummer 2] zal worden gecrediteerd. De kantonrechter zal deze vordering begrijpen als een verklaring voor recht en deze toewijzen, nu Efado met de verrekeningen heeft ingestemd.
Bewijs cliëntrelatie Efado en advocaat.
4.13.
United Concepts heeft daarnaast in reconventie gevorderd om Efado te veroordelen tot het leveren van bewijs over de cliëntrelatie tussen Efado en haar advocaat, ter vaststelling van enkele feiten en omstandigheden. De kantonrechter constateert met Efado dat een wettelijke grondslag daarvoor ontbreekt, zodat dit onderdeel van de vordering wordt afgewezen.
Gewerkte uren ten behoeve van de procedure/de proceskosten
4.14.
United Concepts heeft in reconventie betaling van een vergoeding gevorderd van primair een bedrag van € 1.500,00 aan gewerkte uren betreffende deze zaak, subsidiair ter zake van de factuur met [nummer 1] gemaakte uren tot een bedrag van € 172,07. De kantonrechter begrijpt hieruit dat United Concepts met de vordering in reconventie een proceskostenveroordeling heeft bedoeld. De opgevoerde gestelde kosten zijn immers kosten die volgens United Concepts zijn gemaakt ten behoeve van de onderhavige procedure.
4.15.
Efado is de partij die zowel in conventie als in reconventie hoofdzakelijk ongelijk krijgt. Zij zal daarom in de proceskosten worden veroordeeld. United Concepts heeft gesteld dat hij € 1.500,00 dan wel € 172,07 aan kosten heeft moeten maken. Omdat Efado de bedragen heeft betwist en bewijsstukken ter zake ontbreken, acht de kantonrechter het primair en subsidiair gevorderde niet toewijsbaar. De kantonrechter acht wel aannemelijk dat United Concepts enige kosten heeft moeten maken en zal deze kosten in conventie en in reconventie in redelijkheid bepalen op in totaal € 50,00 aan reis-, verblijf- en verletkosten.
4.16.
De gevorderde veroordeling in de nakosten acht de kantonrechter niet toewijsbaar, nu alleen reis-, verblijf- en verletkosten worden toegewezen.
5.De beslissing
De kantonrechter
In conventie:
5.1.
wijst de vordering af;
In reconventie:
5.2.
verklaart voor recht dat
- de factuur met [nummer 1] van 12 december 2022 bestaat;
- in de jaren 2020 en 2021 is bijgedragen in de kosten van salarissoftware van telkens € 250,00 per jaar en dat dit is verrekend met de contractuele rente over 2020 en 2021 van telkens € 125,00 per jaar, waarbij de factuur [nummer 2] zal worden gecrediteerd,
In conventie en in reconventie:
5.3.
veroordeelt Efado in de proceskosten, aan de zijde van United Concepts tot dit vonnis vastgesteld op in totaal € 50,00 aan reis- en verletkosten,
5.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.5.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.J.M. Rouwen en in het openbaar uitgesproken op
25 oktober 2023.