ECLI:NL:RBZWB:2023:7370
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening voor vergoeding vervoerkosten schoolkind
In deze uitspraak van 24 oktober 2023 beslist de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoeker, die bezwaar heeft gemaakt tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Goes. Het college heeft op 17 augustus 2023 besloten dat verzoeker niet in aanmerking komt voor een vervoersvoorziening in de vorm van aangepast vervoer voor zijn zoon over het schooljaar 2023-2024. Wel worden de kosten voor openbaar vervoer gedeeltelijk vergoed, maar verzoeker moet een eigen bijdrage betalen van € 646. Verzoeker heeft bezwaar gemaakt en verzocht om een voorlopige voorziening, omdat het halen en brengen van zijn vier schoolgaande kinderen veel stress veroorzaakt binnen het gezin.
De voorzieningenrechter overweegt dat er op korte termijn een beslissing op bezwaar kan worden verwacht en dat verzoeker over voldoende financiële middelen beschikt om zelf taxivervoer te bekostigen. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af, omdat er geen sprake is van onverwijlde spoed. Dit betekent dat verzoeker zelf verantwoordelijk is voor het vervoer van zijn zoon, en de toegekende vergoeding voor openbaar vervoer kan ook worden gebruikt voor het vervoer van zijn zoon. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.