ECLI:NL:RBZWB:2023:727

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
1 februari 2023
Publicatiedatum
7 februari 2023
Zaaknummer
10223710_T01022023
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Verstek
Rechters
  • P. Ponds
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Internationale rechtsbevoegdheid en toepasselijk recht in consumentenovereenkomst

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, is de buitenlandse rechtspersoon Universitair Ziekenhuis Antwerpen, gevestigd in Edegem, België, als eiseres opgetreden tegen een gedaagde die niet is verschenen. De eiseres heeft op 1 februari 2023 een vordering ingediend voor een bedrag van € 658,32, vermeerderd met rente en proceskosten, na een dagvaarding op 11 november 2022. De gedaagde, die woonachtig is in Nederland, is niet verschenen op de zitting van 7 december 2022, ondanks een verzoek om verweer in te dienen. De kantonrechter heeft verstek verleend, omdat de gedaagde niet op de dagvaarding heeft gereageerd.

De zaak heeft een internationaal karakter, aangezien de eiseres in België is gevestigd en de gedaagde in Nederland woont. De rechtbank heeft vastgesteld dat zij bevoegd is om van de vordering kennis te nemen op basis van artikel 4 lid 1 van de herschikte verordening (EU) nr. 1215/2012 (Brussel I bis). Daarnaast is er een vraag gerezen over het toepasselijke recht. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het Belgische recht van toepassing is, omdat de dienstverlening door een in België gevestigd ziekenhuis aan een Nederlandse patiënt plaatsvond.

De eiseres heeft ook een bedrag van € 25,00 aan administratiekosten gevorderd, maar de kantonrechter heeft twijfels geuit over de eerlijkheid van deze kosten in de relatie met de gedaagde als consument. De eiseres is in de gelegenheid gesteld om zich uit te laten over de kwalificatie van dit beding als oneerlijk volgens de Richtlijn 93/13/EEG. De kantonrechter heeft verdere beslissingen aangehouden en de zaak is verwezen naar een zitting op 1 maart 2023, waar de eiseres haar standpunt kan toelichten.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Cluster I Civiele kantonzaken
Middelburg
zaak/rolnr.: 10223710 CV EXPL 22-3004
vonnis d.d. 1 februari 2023
inzake
de buitenlandse rechtspersoon Universitair Ziekenhuis Antwerpen,
gevestigd te Edegem (België),
eiseres,
gemachtigde: Modero Nederland B.V., gerechtsdeurwaarders te Amsterdam,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonadres] ,
gedaagde,
niet verschenen.

1.Het verloop van het geding

De procesgang blijkt uit de dagvaarding van 11 november 2022 met producties.

2.Het geschil en de beoordeling

2.1
Eiseres heeft op de bij dagvaarding omschreven gronden, welke hier als herhaald en ingelast gelden, gevorderd, uitvoerbaar bij voorraad, gedaagde te veroordelen om tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen een bedrag van € 658,32, te vermeerderen met de rente van 1,50% op jaarbasis over een bedrag van € 642,42 vanaf 29 oktober 2022 tot en met de dag dat de volledige vordering is betaald, alsmede met veroordeling van gedaagde in de kosten van de procedure.
2.2
Gedaagde is, hoewel behoorlijk gedagvaard, niet verschenen op de terechtzitting van
7 december 2022. Per e-mail van 14 december 2022 is namens gedaagde alsnog verzocht om een verweer te mogen indienen. Bij brief van 15 december 2022 van de griffier is alsnog een uitstel verleend om op de inhoud van de dagvaarding te antwoorden. Op de daartoe bepaalde terechtzitting van 4 januari 2023 is geen reactie meer ontvangen en is geen volmacht overgelegd, zodat tegen gedaagde verstek is verleend.
2.3
Nu eiseres is gevestigd in België en gedaagde woonachtig is in Nederland draagt de vordering een internationaal karakter en dient allereerst de vraag te worden beantwoord of de Nederlandse rechter bevoegd is van de vordering kennis te nemen. De Nederlandse rechter is op grond van artikel 4 lid 1 van de herschikte verordening (EU) nr. 1215/2012 (Brussel I bis) bevoegd van het onderhavige geschil kennis te nemen. De kantonrechter te Middelburg is, gelet op de woonplaats van gedaagde, bevoegd om van het geschil kennis te nemen.
2.4
Voorts is aan de orde welk recht op onderhavig geschil van toepassing is. Dit dient te worden beantwoord aan de hand van de Verordening (EG) nr. 593/2008 van 17 juni 2008 (Rome I). Nu gesteld noch gebleken is dat partijen ter zake de voorliggende overeenkomst een rechtskeuze hebben gedaan, geeft artikel 4 lid 1 aanhef onder b de geldende regel weer.
Uitgaande van dienstverlening door een in België gevestigd ziekenhuis aan een Nederlandse patiënt wordt de overeenkomst beheerst door het recht van het land waar de dienstverlener is gevestigd. Aldus luidt de conclusie dat op onderhavige medische behandeling het Belgische recht van toepassing is.
2.5
Eiseres vordert op grond van haar toepasselijke betalingsvoorwaarden betaling van
€ 25,00 aan administratiekosten, omdat gedaagde heeft verzuimd de hoofdsom tijdig te betalen. De kantonrechter is voorshands van oordeel dat een boete vanwege niet tijdige betaling oneerlijk is in de relatie met gedaagde als consumenten en dat eiseres zich beroept op een oneerlijk beding in de zin van de Richtlijn 93/13/EEG betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten. Eiseres wordt in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over de vraag of het relevante beding uit de betalingsvoorwaarden als een oneerlijk beding dient te worden gekwalificeerd.
2.6
De kantonrechter houdt iedere verdere beslissing aan.

3.De beslissing

De kantonrechter:
verwijst de zaak naar de terechtzitting van
woensdag 1 maart 2023 te 09.00 uur, waar eiseres in de gelegenheid wordt gesteld, indien gewenst, zich uit te laten over hetgeen onder rechtsoverweging 2.5 is overwogen;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. Ponds, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 1 februari 2023, in tegenwoordigheid van de griffier.