Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
voorbijBreda gelegen knooppunt Galder, waarvandaan gereden kan worden in richting van Antwerpen of Rotterdam. Daarnaast was op de telefoon van verdachte zichtbaar dat om 17:53 uur, dus een uur en 17 minuten voordat de politie hem in beeld kreeg, al op de navigatieapp was gezocht naar de Franse plaats Saint-Quentin. Ook was met de telefoon een screenshot gemaakt, waarop de afslag richting Antwerpen/Bergen op Zoom zichtbaar was. Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij dat screenshot inderdaad heeft gemaakt. De bestemming is op het screenshot weliswaar niet zichtbaar, maar de locatie op de screenshot, de resterende reistijd en afstand, komen ongeveer overeen met de zoekopdracht naar Saint-Quentin in Frankrijk. Voorts heeft de politie de telefoon nog onderzocht op bestemmingen en zoekopdrachten met betrekking tot Breda, maar dat onderzoek heeft geen resultaat opgeleverd. Al deze feiten en omstandigheden bij elkaar genomen, maken dat de rechtbank het alternatieve scenario van verdachte niet aannemelijk acht en bewezen acht dat verdachte met de heroïne op weg was naar Frankrijk en zich daarmee schuldig heeft gemaakt aan de verlengde uitvoer daarvan.
op 12 juni 2023 te Ulvenhout, gemeente Breda, opzettelijk
- buiten het grondgebied van Nederland heeft gebracht,
- heeft vervoerd en
- aanwezig heeft gehad,
998,5 gram van een materiaal bevattende heroïne, zijnde heroïne, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
te weten,
- het opzettelijk bewerken van een hoeveelheid van een materiaal bevattende heroïne, zijnde heroïne, een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, vijfde lid van de Opiumwet, hebbende verdachte
- een goed en stoffen voorhanden gehad, te weten 1719,25 gram versnijdingsmiddel en
een drukpers,
waarvan verdachte wist dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit.
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.Het beslag
8.De wettelijke voorschriften
9.De beslissing
een gevangenisstraf van 15 maanden,
waarvan 3 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar;
voorwaardelijke deelvan de straf
niet ten uitvoer wordt gelegd, tenzij de rechter tenuitvoerlegging gelast, omdat verdachte voor het einde van de proeftijd de hierna vermelde voorwaarden niet heeft nageleefd;
algemene voorwaarden:
bijzondere voorwaarde:
de tijddie verdachte voor de tenuitvoerlegging van de uitspraak
in voorarrestheeft doorgebracht
in minderingwordt gebracht bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf;