ECLI:NL:RBZWB:2023:6605
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuursrechtelijke procedure over spoedeisende bestuursdwang tot sluiting van een strandpaviljoen na constructieve gebreken
Op 20 september 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak waarin eisers, eigenaren van een strandpaviljoen, in beroep gingen tegen de toepassing van spoedeisende bestuursdwang door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veere. De bestuursdwang was op 5 juli 2022 toegepast na een melding van de exploitant van het paviljoen, die meldde dat een balk van de constructie was doorgezakt tijdens een bruiloft. De bouwinspecteur constateerde ernstige gebreken aan de constructie, waaronder corrosie en een gebrek aan stabiliteit, en besloot tot sluiting van het paviljoen.
Eisers betwistten de noodzaak van de sluiting en stelden dat er voldoende gelegenheid was om hun visie en die van hun constructeur te horen. Ze voerden aan dat de sluiting op basis van de bevindingen van de bouwinspecteur te voorbarig was en dat het college zijn vergewisplicht had verzaakt. De rechtbank oordeelde dat de situatie op 5 juli 2022 zodanig spoedeisend was dat ingrijpen zonder uitstel noodzakelijk was. De rechtbank concludeerde dat de bevindingen van de bouwinspecteur en de rapporten van de ingeschakelde architecten bevestigden dat de constructie niet voldeed aan de veiligheidsnormen.
De rechtbank verklaarde het beroep van eisers ongegrond en oordeelde dat het college bevoegd was om handhavend op te treden. De uitspraak werd gedaan door rechter R.P. Broeders, in aanwezigheid van griffier P.H.M. Verdonschot. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.