Op 19 september 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 8 maart 2023 zijn ex-vrouw heeft bedreigd met een vuurwapen. De verdachte had op die dag een pistool van categorie III en munitie voorhanden en heeft zijn ex-vrouw bedreigd door het vuurwapen aan haar te tonen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, ondanks zijn ontkenning, wettig en overtuigend schuldig is aan beide feiten. De officier van justitie had een gevangenisstraf van 365 dagen geëist, waarvan 223 dagen voorwaardelijk, maar de rechtbank heeft een gevangenisstraf van 240 dagen opgelegd, waarvan 100 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. De rechtbank heeft bijzondere voorwaarden opgelegd, waaronder een behandelverplichting en een contactverbod met de ex-vrouw. De verdachte heeft psychische problemen en een verleden van huiselijk geweld, wat heeft bijgedragen aan de beslissing van de rechtbank. De rechtbank heeft ook de in beslag genomen munitie en het wapen onttrokken aan het verkeer. De vordering tot tenuitvoerlegging van een eerdere voorwaardelijke straf is afgewezen, maar de proeftijd is met een jaar verlengd.