Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
zaaknr. C/02/408986 / FA RK 23-2008) behandeld. Ten aanzien van die procedure zal afzonderlijk worden beslist.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de vrouw, eiseres, een kort geding aangespannen tegen de man, gedaagde, met als doel hem te veroordelen tot het verwijderen van zijn Facebook- en YouTube-accounts en het opleggen van een contactverbod. De vrouw stelt dat de man zich niet aan eerdere afspraken heeft gehouden en dat zijn gedrag op sociale media schadelijk is voor haar en de minderjarige kinderen. Tijdens de mondelinge behandeling op 25 januari 2023 zijn er afspraken gemaakt, maar de man heeft deze niet nageleefd. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de man bedreigende berichten plaatst en dat dit een ernstige inbreuk vormt op de persoonlijke levenssfeer van de vrouw en de kinderen. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de vrouw een spoedeisend belang heeft bij haar vorderingen en heeft de man veroordeeld om binnen veertien dagen zijn sociale media-accounts te verwijderen en geen nieuwe beelden van de kinderen meer te plaatsen. Tevens is de man verboden om contact op te nemen met de vrouw voor de duur van een jaar, met uitzondering van noodzakelijke contacten in het kader van een eventuele ondertoezichtstelling. De voorzieningenrechter heeft een dwangsom opgelegd van € 250,- voor iedere keer dat de man in gebreke blijft aan de bepalingen van het vonnis te voldoen, met een maximum van € 10.000,-. De proceskosten zijn gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt.