ECLI:NL:RBZWB:2023:6338
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van een beroep tegen een naheffingsaanslag parkeerbelasting door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze uitspraak van 1 september 2023 beoordeelt de Rechtbank Zeeland-West-Brabant het beroep van een belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Veere, die op 14 september 2022 een naheffingsaanslag parkeerbelasting had opgelegd. De naheffingsaanslag van € 71,70 was opgelegd omdat de belanghebbende op 26 juni 2022 om 12:13 uur met zijn auto had geparkeerd op een parkeerplaats bij de Jumbo zonder de verschuldigde parkeerbelasting te betalen. De heffingsambtenaar verklaarde het bezwaar van de belanghebbende ongegrond, waarna de belanghebbende beroep instelde.
De rechtbank oordeelt dat de naheffingsaanslag terecht is opgelegd. De rechtbank stelt vast dat de belanghebbende geen parkeerkaartje heeft gepakt bij de aanvang van het parkeren, wat noodzakelijk was om in aanmerking te komen voor het gratis parkeren gedurende de eerste 60 minuten. De rechtbank benadrukt dat het de verantwoordelijkheid van de belanghebbende was om zich vooraf op de hoogte te stellen van de parkeersituatie, vooral omdat hij voor het eerst in de betreffende plaats verbleef. De rechtbank concludeert dat de hoogte van de naheffingsaanslag correct is vastgesteld, los van de parkeerduur en de mogelijkheid van gratis parkeren.
Uiteindelijk verklaart de rechtbank het beroep ongegrond, waardoor de naheffingsaanslag in stand blijft. De belanghebbende krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten. Deze uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.