ECLI:NL:RBZWB:2023:6270

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
6 september 2023
Publicatiedatum
7 september 2023
Zaaknummer
10315886 CV EXPL 23-400 (E)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • mr. Eijssen-Vruwink
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding van de overeenkomst voor energielevering en recht op onderbreking van de aansluiting

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 6 september 2023, is een geschil ontstaan tussen de besloten vennootschap Ennatuurlijk B.V. en een gedaagde die in persoon procedeert. De eiseres vordert ontbinding van de overeenkomst tot energielevering, alsook het recht om de energielevering te onderbreken en de gedaagde te veroordelen tot betaling van achterstallige leveringsgelden. De gedaagde heeft aangevoerd dat hij de verwarming niet gebruikt, maar toch geconfronteerd wordt met hoge kosten. Hij heeft eerder verzocht om ontbinding van de overeenkomst, maar dit is niet gerealiseerd.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedaagde geen verweer heeft gevoerd tegen de ontbinding van de overeenkomst, waardoor deze vordering toewijsbaar is. De rechter heeft ook overwogen dat de eiseres, op basis van haar algemene voorwaarden, de gedaagde had moeten wijzen op de mogelijkheid om de aansluiting te deactiveren. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de gedaagde recht heeft op een deel van de vordering, en heeft een bedrag van € 508,34 toegewezen, vermeerderd met wettelijke rente. De proceskosten zijn gecompenseerd, zodat ieder van partijen de eigen kosten draagt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad en het meer of anders gevorderde is afgewezen.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Cluster I Civiele kantonzaken
Tilburg
zaak/rolnr.: 10315886 CV EXPL 23-400
vonnis d.d. 6 september 2023
inzake
de besloten vennootschap Ennatuurlijk B.V.,
woonplaats kiezende te Bergen op Zoom,
eiseres,
gemachtigde: Flanderijn Gerechtsdeurwaarders te Bergen op Zoom,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonadres],
gedaagde,
procederend in persoon.

1.Het verloop van het geding

De procesgang blijkt uit de volgende stukken:
a. de dagvaarding van 20 januari 2023 met producties;
b. de conclusie van antwoord van 6 februari 2023 met producties;
c. de akte van eiseres van 8 maart 2023.

2.Het geschil en de beoordeling

2.1
Eiseres vordert om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, de overeenkomst tot de levering van energie te ontbinden, voor recht te verklaren dat eiseres gerechtigd is de energielevering te onderbreken en de daartoe benodigde werkzaamheden uit te voeren, alsmede gedaagde te veroordelen om het voorgaande te gedogen, de woning te ontruimen, de meter(s) af te geven en tot betaling van achterstallige leveringsgelden, kosten en rente.
2.2
Gedaagde voert aan dat het geschil tussen partijen al jaren loopt. Hij gebruikt zijn verwarming niet, maar wordt toch steeds geconfronteerd met een hoog verbruik. Hij heeft op enig moment geëist dat de overeenkomst tussen partijen zou worden ontbonden, maar daar is nimmer toe overgegaan. Eiseres heeft enkel de situatie laten voortbestaan en de kosten op laten lopen.
2.3
In reactie op het verweer van gedaagde voert eiseres aan dat zij enkel vaste kosten en geen verbruik in rekening heeft gebracht. Dit had gedaagde ook kunnen controleren. Hij kon zijn overeenkomst niet opzeggen, zodat de overeenkomst enkel kwam te vervallen op het moment dat hij zou verhuizen. Hiervan is geen sprake, zodat gedaagde de kosten verschuldigd is.
2.4
Gedaagde is in de gelegenheid gesteld op het voorgaande te reageren, maar heeft van deze gelegenheid geen gebruik gemaakt.
2.5
De kantonrechter overweegt dat gedaagde geen verweer heeft gevoerd tegen de ontbinding van de overeenkomst tussen partijen, zodat die vordering toewijsbaar is. Dientengevolge zijn de daarmee samenhangende vorderingen eveneens toewijsbaar.
2.6
Met betrekking tot de gevorderde bedragen overweegt de kantonrechter dat tussen partijen vaststaat dat gedaagde in ieder geval op 1 februari 2018 heeft gevraagd de levering van warmte stop te zetten. Eiseres heeft op dat moment aangegeven dat dit niet mogelijk is en is door blijven leveren. Bij conclusie van repliek heeft eiseres dit standpunt herhaald en aangegeven dat enkel opzegging mogelijk is op het moment dat de klant verhuist. Hiervan is geen sprake, zodat geen opzegging mogelijk is. De kantonrechter overweegt dat uit de algemene voorwaarden van eiseres volgt dat opzegging inderdaad niet mogelijk is, maar wel dat de aansluiting kan worden gedeactiveerd en/of verwijderd op verzoek van de afnemer (artikel 6 en 7.3 onder a. van de algemene voorwaarden). Het had dan ook op de weg gelegen van eiseres om gedaagde op die mogelijkheid te wijzen, dan wel zijn e-mailbericht aan te merken als een dergelijk verzoek. Aannemelijk is dat, in dat geval, de aansluiting binnen een korte periode na het verzoek in 2018 zou zijn afgesloten. De kantonrechter ziet dan ook aanleiding de gevorderde bedragen toe te wijzen tot en met mei 2018. Een bedrag van € 508,34 is toewijsbaar.
2.7
De gevorderde wettelijke rente is, als gegrond op de wet, toewijsbaar. Nu deze is berekend over een te hoog bedrag, zal de wettelijke rente worden toegewezen als in het dictum vermeld.
2.8
Gelet op de uitkomst van de procedure ziet de kantonrechter aanleiding de proceskosten te compenseren, in die zin dat ieder van partijen de eigen kosten draagt.

3.De beslissing

De kantonrechter:
ontbindt de overeenkomst tussen partijen;
verklaart voor recht dat eiseres is gerechtigd om de aansluiting(en) op het verbruiksadres ([woonadres]) te onderbreken door het verrichten van de daarvoor noodzakelijke werkzaamheden en vervolgens onderbroken te houden;
veroordeelt gedaagde:
  • om die ruimten in de woning aan voornoemd verbruiksadres (gedeeltelijk) te ontruimen voor zover nodig om eiseres in staat te stellen werkzaamheden uit te voeren, bestaande uit het onderbreken van de meter(s) en/of aansluiting (en), zolang als die werkzaamheden dat vereisen;
  • om te gedogen dat (werknemers van) eiseres de hiervoor bedoelde werkzaamheden verricht(en) aan de meetinrichting/aansluitingen;
  • tot afgifte van de meter(s) aan eiseres;
  • tot betaling van een bedrag van € 508,34 aan eiseres, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de opeisbaarheid van de in voornoemd bedrag opgenomen bedragen tot de dag der algehele voldoening;
compenseert de proceskosten, in die zin dat ieder van partijen de eigen kosten draagt;
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. Eijssen-Vruwink en in het openbaar uitgesproken op 6 september 2023.