Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Het verloop van het geding
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
- explootkosten € 133,45,
- griffierecht € 128,00,
- salaris gemachtigde € 398,00 (2 punten x € 199,00).
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 22 februari 2023 uitspraak gedaan in een bodemprocedure tussen de Stichting L’Escaut Woonservice (eiseres) en [gedaagde01] q.q. (gedaagde), vertegenwoordigd door hun gemachtigden. De zaak betreft de ontbinding van een huurovereenkomst en de ontruiming van het gehuurde pand na meerdere incidenten van overlast, waaronder brandstichting. De huurovereenkomst tussen L’Escaut en de heer [belanghebbende01] als huurder dateert van 29 september 2016. Gedurende de huurperiode ontving L’Escaut meldingen van overlast door de huurder, die culmineren in een brand op 30 maart 2022, waarvoor de huurder strafrechtelijk is veroordeeld. L’Escaut vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde, terwijl de gedaagde betwistte dat er sprake was van een tekortkoming die ontbinding rechtvaardigde. De rechtbank oordeelde dat de brandstichting en eerdere incidenten voldoende grond vormden voor ontbinding van de huurovereenkomst, ondanks de psychische problemen van de huurder. De gedaagde werd veroordeeld om het gehuurde binnen veertien dagen na betekening van het vonnis te ontruimen en maandelijks een gebruiksvergoeding te betalen aan L’Escaut, evenals de proceskosten.