ECLI:NL:RBZWB:2023:6118
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Toewijzing verzoek tot kwijtschelding van ontnemingsmaatregel na langdurige financiële problemen
Op 6 september 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, zittingsplaats Breda, uitspraak gedaan in een verzoek tot kwijtschelding van een ontnemingsmaatregel. De veroordeelde, die in 2001 een ontnemingsmaatregel opgelegd kreeg van € 328.273,17, heeft tot 22 december 2022 een bedrag van € 66.800,23 betaald. Het verzoek tot kwijtschelding werd ingediend op 31 januari 2023, na een lange periode van financiële problemen, waaronder detentie en een faillissement van zijn bedrijf. De veroordeelde heeft aangegeven dat hij momenteel niet kan werken en dat zijn financiële situatie slecht is, waardoor hij de afgesproken betalingsregeling van € 100 niet kan voldoen.
Het Openbaar Ministerie heeft zich tegen het verzoek verzet, verwijzend naar luxe uitgaven die de veroordeelde in 2022 zou hebben gedaan, en stelde dat er mogelijk in de toekomst weer inkomen uit arbeid kan worden gegenereerd. De rechtbank oordeelde echter dat de veroordeelde niet aannemelijk kon maken dat hij in de toekomst in staat zou zijn om de ontnemingsmaatregel te betalen. De rechtbank nam in overweging dat de veroordeelde al tweeëntwintig jaar aan het afbetalen is en dat hij een WSNP-traject heeft afgerond met een schone lei.
De rechtbank concludeerde dat het niet aannemelijk is dat de veroordeelde nog verdiencapaciteit heeft en dat het billijk is om hem na deze lange periode van financiële problemen niet langer te verplichten tot betaling van de ontnemingsmaatregel. Het verzoek tot kwijtschelding werd toegewezen, en de rechtbank stelde het nog te betalen bedrag op nihil.