ECLI:NL:RBZWB:2023:6037

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
30 augustus 2023
Publicatiedatum
30 augustus 2023
Zaaknummer
10449685 CV EXPL 23-1367 (E)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Rechters
  • mr. Rouwen
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding huurovereenkomst en ontruiming woning wegens huurachterstand

In deze bodemzaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 30 augustus 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen ASR Dutch Core Residential Custodian B.V., als rechtsopvolgster van ASR Vastgoed Vermogensbeheer B.V., en een gedaagde die niet ter zitting is verschenen. Eiseres vorderde de ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning vanwege een aanzienlijke huurachterstand. De gedaagde had eerder erkend in huurachterstand te verkeren en verzocht om uitstel voor ontruiming om zijn situatie recht te zetten. Echter, de achterstand was opgelopen tot meer dan 13 maanden, wat de kantonrechter noopte tot het toewijzen van de vorderingen van eiseres. De kantonrechter overwoog dat, ondanks de privéomstandigheden van de gedaagde, de huurachterstand van meer dan drie maanden voldoende grond vormde voor ontbinding van de huurovereenkomst. Eiseres werd toegewezen een totaalbedrag van € 12.161,71 aan huurachterstand, incassokosten en rente, en gedaagde werd veroordeeld in de proceskosten. De kantonrechter ontbond de huurovereenkomst en veroordeelde gedaagde tot ontruiming van de woning binnen twee weken na betekening van het vonnis.

Uitspraak

RECHTBANKZEELAND-WEST-BRABANT
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Tilburg
Zaaknummer: 10449685 \ CV EXPL 23-1367
Vonnis van 30 augustus 2023
in de zaak van
ASR DUTCH CORE RESIDENTIAL CUSTODIAN B.V., als rechtsopvolgster van ASR Vastgoed Vermogensbeheer B.V. (voorheen Fortis),
gevestigd en kantoorhoudende te Utrecht,
eiseres,
gemachtigde: DKV Legal B.V. te Nieuwegein,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagde,
procederend in persoon.

1.De procedure

1.1
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 7 juni 2023 met de daarin genoemde stukken;
- het overzicht actuele huurachterstand zijdens eiseres van 25 juli 2023;
- de mondelinge behandeling van 1 augustus 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
1.2
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.Het geschil en de beoordeling

2.1
Eiseres vordert - samengevat - de huurovereenkomst tussen partijen te ontbinden, gedaagde te veroordelen tot ontruiming van het gehuurde met betaling van de huurachterstand en een gebruiksvergoeding, vermeerderd met rente en kosten, met veroordeling van gedaagde in de proceskosten.
2.2
Bij e-mail van 23 mei 2023 heeft gedaagde de huurachterstand erkend. Verder heeft gedaagde bij diezelfde e-mail de kantonrechter gevraagd de ontruiming niet toe te wijzen; gedaagde heeft alleen tijd nodig om alles recht te kunnen zetten.
2.3 Op 25 juli 2023 heeft eiseres een overzicht actuele huurachterstand overlegd waaruit blijkt dat de achterstand verder is opgelopen met de maanden mei tot en met juli 2023.
2.4
Vervolgens is gedaagde, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet ter zitting verschenen.
2.5
Op grond van artikel 6:265 lid 1 BW geeft iedere tekortkoming van een partij in de nakoming van een van haar verbintenissen aan de wederpartij de bevoegdheid om de overeenkomst geheel of gedeeltelijk te ontbinden, tenzij de tekortkoming, gezien haar bijzondere aard of geringe betekenis, deze ontbinding met haar gevolgen niet rechtvaardigt.
2.6
De kantonrechter overweegt dat er sprake is van een huurachterstand van meer dan drie maanden. Hoewel de kantonrechter begrip heeft voor de privéomstandigheden van gedaagde, is, gelet op forse huurachterstand, de gevorderde ontbinding van de tussen partijen bestaande huurovereenkomst en de ontruiming van de woning (met nevenvorderingen) gerechtvaardigd. Ten tijde van de mondelinge behandeling betrof de achterstand ruim 13 maanden. Dit betekent dat de vordering tot ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning kan worden toegewezen.
2.7
De overige vorderingen worden, als niet betwist, eveneens toegewezen met dien verstande dat de wettelijke rente over de huurachterstand zal worden toegewezen vanaf
6 april 2023, nu de verschenen rente is berekend tot die datum. Dat betekent dat aan eiseres zal worden toegewezen, een bedrag van € 11.079,00 aan huurachterstand, een bedrag van € 940,90 aan incassokosten en een bedrag van € 141,81 aan verschenen rente, zijnde een totaalbedrag van € 12.161,71.
2.8
Gedaagde is de partij die ongelijk krijgt en hij zal daarom in de proceskosten worden veroordeeld. Tot aan dit vonnis worden de proceskosten aan de zijde van eiseres als volgt vastgesteld:
- kosten dagvaarding € 129,85
- griffierecht € 1.384,00
- salaris gemachtigde
€ 792,00(2 punten x € 396,00)
Totaal € 2.305,85

3.De beslissing

De kantonrechter:
ontbindt met ingang van de dag na heden de huurovereenkomst tussen partijen betreffende de woning met aanhorigheden, staande en gelegen te [woonplaats] aan [adres] ;
veroordeelt gedaagde om het gehuurde binnen twee weken na de betekening van dit vonnis met al het zijne en de zijnen te ontruimen en te verlaten en met afgifte van de sleutels ter vrije en algehele beschikking van eiseres te stellen;
veroordeelt gedaagde om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan eiseres te betalen:
- een bedrag van € 12.161,71 aan huur tot en met april 2023 (inclusief buitengerechtelijke kosten en verschenen rente), te vermeerderen met de wettelijke rente over € 11.079,00 vanaf 6 april 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening;
- een bedrag van € 1.009,00 aan huur vanaf 1 mei 2023 tot de datum van ontbinding van de huurovereenkomst;
- een bedrag van € 1.009,00 aan gebruiksvergoeding voor iedere maand of gedeelte daarvan dat gedaagde het gehuurde na de ontbinding van de huurovereenkomst feitelijk in gebruik houdt;
veroordeelt gedaagde in de kosten van dit geding, aan de zijde van eiseres tot op heden begroot op € 2.305,85, daarin begrepen een bedrag van € 792,00 als salaris voor de gemachtigde van eiseres;
verklaart de hiervoor uitgesproken veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. Rouwen en in het openbaar uitgesproken op
30 augustus 2023.