ECLI:NL:RBZWB:2023:6003

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
25 augustus 2023
Publicatiedatum
28 augustus 2023
Zaaknummer
C/02/408629 / KG ZA 23-174 (E)
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Kort geding
Rechters
  • M. Poerink
  • J. van den Heuvel
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing van een vordering tot nakoming van verplichtingen uit een franchiseovereenkomst in kort geding

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, heeft eiseres, NXXT Franchise Nederland BV, een kort geding aangespannen tegen een gedaagde die niet verschenen is. De zitting vond plaats op 23 augustus 2023, waar de gedaagde verstek heeft laten verlenen. Eiseres vorderde dat de gedaagde zou worden veroordeeld tot nakoming van verplichtingen die voortvloeien uit een franchiseovereenkomst en lesovereenkomsten met leerlingen.

De voorzieningenrechter heeft de vordering afgewezen op grond van onbepaaldheid. De rechter oordeelde dat de vordering te algemeen was geformuleerd, wat zou leiden tot executieproblemen. Tijdens de zitting werd niet duidelijk wat het exacte bedrag aan franchisefee was dat de gedaagde aan eiseres verschuldigd was, noch met wie de gedaagde nog lesovereenkomsten had. De vragen die tijdens de zitting werden gesteld om deze onduidelijkheden weg te nemen, bleven onbeantwoord.

Als gevolg hiervan heeft de voorzieningenrechter de vordering afgewezen en eiseres veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde, die tot op heden op nihil zijn begroot. Het vonnis is uitgesproken op 25 augustus 2023 door mr. Poerink, en wegens diens afwezigheid in het openbaar door mr. Van den Heuvel.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Cluster II Handelszaken
Breda
zaaknummer / rolnummer: C/02/408629 / KG ZA 23-174
Vonnis in kort geding van 25 augustus 2023
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
NXXT FRANCHISE NEDERLAND BV,
gevestigd te Stellendam,
eiseres,
advocaat mr. A.C.F. Berkhof te Goes,
tegen
[gedaagde],
zonder bekende woon- of verblijfplaats in of buiten Nederland,
gedaagde,
niet verschenen.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding met producties 1 tot en met 7,
  • de mondelinge behandeling op 23 augustus 2023,
  • tijdens de behandeling tegen gedaagde verleende verstek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De beoordeling

2.1.
Eiseres vordert gedaagde op straffe van verbeurte van een dwangsom te veroordelen tot nakoming van alle verplichtingen voortvloeiend uit de tussen partijen gesloten franchiseovereenkomst en alle verplichtingen voortvloeiend uit de met leerlingen gesloten lesovereenkomsten.
2.2.
De vordering van eiseres is naar het oordeel van de voorzieningenrechter te algemeen geformuleerd en zou bij toewijzing ongetwijfeld executieproblemen opleveren. Namens eiseres is ter zitting desgevraagd verklaard dat de vordering tot nakoming enerzijds ziet op de verbintenis van gedaagde tot het betalen aan eiseres van de overeengekomen franchisefee en anderzijds op de verbintenis van gedaagde tot het geven van rijles aan diegene(n) met wie gedaagde een lesovereenkomst heeft gesloten. Wat de omvang van het thans door gedaagde aan eiseres verschuldigde bedrag aan franchisefee is en van andere financiële verplichtingen van gedaagde, is ter zitting niet concreet geworden. De hierop gerichte vragen bleven inhoudelijk onbeantwoord.
Voorts is onduidelijk gebleven met wie gedaagde thans nog een lesovereenkomst heeft en of de betreffende persoon de lesovereenkomst met gedaagde nog wenst voort te zetten, nu onduidelijk is of en, zo ja, wanneer gedaagde naar Nederland zal terugkeren. De ter zitting gestelde vragen, gericht om die onduidelijkheid weg te nemen, bleven onbeantwoord.
De vordering wordt daarom – vanwege de onbepaaldheid – afgewezen.
2.3.
Eiseres zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten van gedaagde, tot op heden begroot op nihil.

3.De beslissing

De voorzieningenrechter
3.1.
wijst de vordering af,
3.2.
veroordeelt eiseres in de proceskosten van gedaagde, tot op heden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. Poerink en wegens diens afwezigheid in het openbaar uitgesproken door mr. Van den Heuvel op 25 augustus 2023.