ECLI:NL:RBZWB:2023:5858

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
23 augustus 2023
Publicatiedatum
23 augustus 2023
Zaaknummer
AWB- 23_3580
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen bestreden besluit omgevingsvergunning niet-ontvankelijk verklaard wegens niet-betaling griffierecht

In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 23 augustus 2023, wordt het beroep van eisers tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst, dat op 17 mei 2023 een omgevingsvergunning verleende voor het realiseren van appartementen, behandeld. De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat het griffierecht niet is betaald. Dit oordeel is gebaseerd op artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), dat de rechtbank in staat stelt om zonder zitting uitspraak te doen wanneer het beroep niet-ontvankelijk is.

De rechtbank legt uit dat eisers verplicht zijn om griffierecht te betalen, zoals vastgelegd in artikel 8:41 van de Awb. In deze zaak bedraagt het griffierecht € 184,-. De griffier had eisers per aangetekende brief op 14 juli 2023 geïnformeerd over de verschuldigdheid van het griffierecht en hen een termijn van twee weken gegeven om dit te voldoen. Echter, de aangetekende brief werd niet door eisers afgehaald, wat resulteerde in een retourzending naar de rechtbank. Op 3 augustus 2023 heeft de rechtbank eisers een nieuwe termijn van twee weken gegeven om het griffierecht te betalen, maar ook deze termijn is verstreken zonder betaling.

De rechtbank concludeert dat er geen verontschuldiging is voor het niet tijdig betalen van het griffierecht. Hierdoor is het beroep niet-ontvankelijk verklaard, wat betekent dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk beoordeelt en het bestreden besluit in stand blijft. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. L.P. Hertsig, rechter, en openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Bestuursrecht
zaaknummer: BRE 23/3580

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 23 augustus 2023 in de zaak tussen

[eiser 1] , uit [plaats] ,[eiser 2] , uit [plaats] ,

tezamen, eisers,
en

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst.

Inleiding

In deze uitspraak beslist de rechtbank over het beroep van eisers tegen het bestreden besluit van het college van 17 mei 2023, over het verlenen van een omgevingsvergunning voor het realiseren van appartementen aan de [adres 1] en [adres 2] en [huisnummers] in [plaats] .
Omdat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, doet de rechtbank uitspraak zonder zitting. Artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) maakt dat mogelijk.

Beoordeling door de rechtbank

1. De rechtbank komt tot het oordeel dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is omdat het griffierecht niet is betaald en het niet betalen niet verontschuldigbaar is. De rechtbank legt hierna uit hoe zij tot dit oordeel komt.
Toetsingskader
2. Iemand die beroep instelt, moet griffierecht betalen. Dit staat in artikel 8:41 van de Awb. In een zaak als deze is het griffierecht € 184,-. De griffier van de rechtbank stelt een termijn waarbinnen het griffierecht moet worden betaald. Het hele bedrag moet binnen die termijn zijn bijgeschreven op de rekening van de rechtbank of dan zijn betaald op de griffie van de rechtbank. Als het griffierecht niet of niet tijdig is betaald, verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk. Dat is alleen anders als het niet of niet tijdig betalen van het griffierecht verontschuldigbaar is. Dat betekent dat er een goede reden moet zijn waarom het griffierecht niet (tijdig) is betaald.
Hebben eisers het griffierecht tijdig betaald?
3. De griffier heeft eisers bij aangetekende brief van 14 juli 2023 gewezen op de verschuldigdheid van het griffierecht en meegedeeld dat dit binnen twee weken moet zijn voldaan. Uit informatie van PostNL is gebleken dat de aangetekend verzonden brief niet door eisers is afgehaald. De rechtbank heeft die nota retour ontvangen. Bij brief per gewone post van 3 augustus 2023 heeft de rechtbank eisers een nieuwe termijn geboden van twee weken om het griffierecht te betalen.
4. Eisers hebben het griffierecht niet op tijd betaald.
Is het niet tijdig betalen verontschuldigbaar?
5. Er is geen verontschuldiging voor dit verzuim gebleken.

Conclusie en gevolgen

6. Het beroep is daarom niet-ontvankelijk. Dat betekent dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk beoordeelt en dat het bestreden besluit in stand blijft. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. L.P. Hertsig, rechter, in aanwezigheid van mr. N. van Asten, griffier, op 23 augustus 2023 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over verzet

Als partijen het niet eens zijn met deze uitspraak, kunnen zij een verzetschrift sturen naar de rechtbank waarin zij uitleggen waarom zij het niet eens zijn met deze uitspraak. Het verzetschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Als partijen graag een zitting willen om het verzetschrift toe te lichten, moeten zij dit in het verzetschrift vermelden.