ECLI:NL:RBZWB:2023:5733
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om proceskostenvergoeding in bestuursrechtelijke procedure betreffende NOW 2
In deze uitspraak van 16 augustus 2023 beoordeelt de Rechtbank Zeeland-West-Brabant het verzoek van verzoekster om een veroordeling van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in de proceskosten. Verzoekster had haar beroep ingetrokken tegen het bestreden besluit van de minister, omdat deze op 9 mei 2023 een gewijzigd besluit had genomen. De rechtbank heeft de minister in de gelegenheid gesteld om te reageren op het verzoek om proceskostenveroordeling, maar de minister heeft aangegeven dat er geen procespunten zijn die voor een veroordeling in aanmerking komen.
De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenveroordeling af. De rechtbank legt uit dat wanneer een beroep wordt ingetrokken omdat het bestuursorgaan tegemoet is gekomen aan de indiener, de bestuursrechter op verzoek van de indiener het bestuursorgaan kan veroordelen in de proceskosten. In dit geval heeft de minister echter weliswaar tegemoetgekomen aan verzoekster door een definitieve tegemoetkoming van € 6.958,00 toe te kennen, maar er zijn geen voor vergoeding in aanmerking komende proceskosten vastgesteld. Verzoekster heeft geen beroepsmatig rechtsbijstand ingeschakeld en de opgevoerde kosten zijn niet gespecificeerd.
De rechtbank concludeert dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling, maar wijst erop dat de minister wel verplicht is het door verzoekster betaalde griffierecht van € 365,00 te vergoeden. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot verzet tegen deze uitspraak.