ECLI:NL:RBZWB:2023:5464
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om proceskostenvergoeding na intrekking beroep tegen omgevingsvergunning
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 2 augustus 2023, wordt het verzoek van verzoekers om een veroordeling van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tilburg in de proceskosten beoordeeld. Verzoekers, vertegenwoordigd door mr. E.G.M. Huisman, hebben hun beroep ingetrokken tegen het besluit van het college van 29 juni 2022, omdat het college op 18 april 2023 het bestreden besluit heeft herzien. De rechtbank heeft het college de gelegenheid gegeven om te reageren op het verzoek om proceskostenveroordeling, maar het college heeft verzocht om afwijzing van de gevorderde kostenvergoeding.
De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenveroordeling af. Volgens de wet kan een bestuursrechter een bestuursorgaan veroordelen in de proceskosten als het bestuursorgaan geheel of gedeeltelijk aan de indiener van het beroepschrift is tegemoetgekomen. De rechtbank onderzoekt of het college aan verzoekers tegemoetgekomen is. Het college had eerder een omgevingsvergunning verleend voor de bouw van drie extra padelbanen, maar had een voorwaarde toegevoegd dat deze niet gebruikt mochten worden op wedstrijddagen van Willem II. Na bezwaar van omwonenden en een overeenkomst tussen verzoekers en Willem II, heeft het college de voorwaarde in het herziene besluit van 18 april 2023 laten vervallen.
De rechtbank concludeert dat de herziening van het besluit volledig voortvloeit uit de overeenkomst tussen verzoekers en Willem II en dat er derhalve geen sprake is van tegemoetkomen in de zin van artikel 8:75a van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Daarom wordt het verzoek als kennelijk ongegrond afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.