In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 28 juli 2023, wordt het beroep van eiser beoordeeld tegen het niet tijdig beslissen door het UWV op zijn bezwaar tegen de toekenning van een WIA-uitkering. Eiser had op 11 november 2022 bezwaar gemaakt tegen de beslissing van het UWV, maar het UWV had niet binnen de wettelijk vereiste termijn van zeventien weken beslist. Eiser heeft het UWV op 16 mei 2023 in gebreke gesteld, maar het UWV heeft nog steeds geen besluit genomen. De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk gegrond is en dat het UWV alsnog binnen vier maanden na de uitspraak een besluit moet nemen. Tevens wordt er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiser krijgt ook een vergoeding van € 418,50 voor proceskosten en het UWV moet het griffierecht van € 50,- aan eiser vergoeden. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om verzet aan te tekenen.