In deze bodemzaak, behandeld door de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 26 juli 2023, vorderde Enexis Netbeheer B.V. een proceskostenvergoeding van gedaagden sub 1 en sub 2. De zaak ontstond omdat er geen overeenkomst met een energieleverancier was afgesloten voor het leverantieadres, ondanks herhaalde aanmaningen van Enexis. Gedaagde sub 1, die niet verschenen was, werd bij verstek veroordeeld, terwijl gedaagde sub 2, die wel aanwezig was, verweer voerde. Hij stelde dat hij de brieven van Enexis had doorgestuurd naar de huurder, die beloofd had een overeenkomst af te sluiten, maar dit niet had gedaan. De kantonrechter oordeelde dat gedaagde sub 2 mede verantwoordelijk was voor het afsluiten van een overeenkomst, aangezien hij eigenaar was van de woning. De kosten van de procedure, inclusief dagvaardingskosten, griffierecht en gemachtigdensalaris, werden vastgesteld op € 978,37. Gedaagden sub 1 en sub 2 werden hoofdelijk veroordeeld in deze kosten, met uitzondering van de advertentiekosten die enkel ten laste van gedaagde sub 1 kwamen. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.