Op 19 juli 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij een geweldsincident op 15 oktober 2022 in Terneuzen. De verdachte werd beschuldigd van openlijke geweldpleging in vereniging, waarbij hij samen met anderen heeft geprobeerd een slachtoffer te doden of hem zwaar lichamelijk letsel toe te brengen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de tenlastelegging geldig was en dat de officier van justitie ontvankelijk was in de vervolging. Tijdens de zitting op 5 juli 2023 zijn de standpunten van de officier van justitie en de verdediging besproken. De officier van justitie stelde dat de verdachte op camerabeelden te zien was terwijl hij het slachtoffer met kracht tegen het hoofd schopte, wat leidde tot een reële kans op ernstig letsel of de dood. De verdediging betwistte dit en stelde dat het letsel van het slachtoffer gering was en dat de verdachte niet opzettelijk geweld had gepleegd.
De rechtbank heeft de camerabeelden bekeken en geconcludeerd dat er onvoldoende bewijs was voor de poging tot doodslag of zware mishandeling. De rechtbank sprak de verdachte vrij van deze beschuldigingen, maar oordeelde dat hij wel schuldig was aan openlijke geweldpleging in vereniging. De rechtbank oordeelde dat de verdachte een significante bijdrage had geleverd aan het geweld tegen het slachtoffer, wat leidde tot de bewezenverklaring van openlijke geweldpleging.
Bij de strafoplegging hield de rechtbank rekening met de ernst van het feit, de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en het advies van de reclassering. De rechtbank legde een taakstraf op van 200 uur, te vervangen door 100 dagen hechtenis, en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 maanden met een proeftijd van 2 jaar. De rechtbank besloot geen vrijheidsbeperkende maatregel op te leggen, aangezien het om een incident ging.