De doelen waaraan binnen de ondertoezichtstelling moet worden gewerkt zijn:
- [minderjarige01] groeit op in een veilige, stabiele, voorspelbare en duidelijke opvoedingssituatie;
- [minderjarige01] is geen getuige van de eventuele problemen tussen ouders of de onveiligheid die dit met zich meebrengt;
- [minderjarige01] heeft onbelast contact met beide ouders en krijgt hiervoor vanuit de andere ouder (emotionele) toestemming;
- [minderjarige01] wordt gestimuleerd en ondersteund in zijn ontwikkeling op een wijze die aansluit bij zijn specifieke behoeftes, leeftijd en niveau;
-ouders kunnen aansluiten bij de behoeftes van [minderjarige01] , zodat hij wordt gestimuleerd in zijn ontwikkeling en zich gehoord en gezien voelt;
-voor ouders wordt ouderschapsbemiddeling ingezet waarbij aandacht is voor het vergroten van vertrouwen tussen de ouders;
-ouders zijn in staat om hun rol als ouder samen vorm te geven zonder conflicten of escalaties;
-ouders ontvangen psycho-educatie over wat loyaliteit en een scheiding met een kind doet;
-beide ouders stellen hun eigen ouderschap voor [minderjarige01] centraal;
-ouders spreken neutraal, en niet negatief over elkaar.