Op 15 juni 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 4 juni 2022 betrokken was bij een vechtpartij in een café in Oisterwijk. De verdachte, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. A. Huseinovic, werd beschuldigd van openlijk geweld in vereniging. Tijdens de zitting op 1 juni 2023 werden de standpunten van de officier van justitie, mr. E.E. de Feijter, en de verdediging besproken. De officier van justitie stelde dat er voldoende bewijs was dat de verdachte een significante bijdrage had geleverd aan het geweld, gebaseerd op verklaringen van getuigen en videobeelden van de incidenten. De verdediging betwistte dit en pleitte voor vrijspraak, stellende dat de verdachte enkel had geprobeerd de situatie te sussen.
De rechtbank oordeelde dat er voldoende bewijs was voor de betrokkenheid van de verdachte bij het openlijk geweld, ondanks dat niet altijd duidelijk was wie welke handelingen had verricht. De rechtbank concludeerde dat de verdachte, samen met een medeverdachte, een nauwe en bewuste samenwerking had vertoond tijdens de geweldshandelingen. De rechtbank sprak de verdachte vrij van enkele onderdelen van de tenlastelegging, waaronder het toebrengen van letsel aan een van de aangevers, omdat niet kon worden vastgesteld wie dit letsel had veroorzaakt.
De rechtbank legde een taakstraf van 150 uur op, waarvan 60 uur voorwaardelijk, en bepaalde dat de verdachte zich gedurende twee jaar niet schuldig mocht maken aan nieuwe strafbare feiten. Daarnaast werden schadevergoedingen toegewezen aan benadeelde partijen, waarbij de vorderingen van enkele partijen niet-ontvankelijk werden verklaard. De uitspraak benadrukte de ernst van geweldpleging in het openbaar en de impact daarvan op de samenleving.