31 januari 2018: De politieverkenner komt [medeverdachte 1] tegen in een
horecagelegenheid en zegt hem gedag.
7 februari 2018: De politieverkenner stuurt een sms naar [medeverdachte 1] , maar er is
niet op gereageerd.
28 maart 2018: De politieverkenner stuurt een sms naar [medeverdachte 1] , ze spreken
af elkaar een andere keer te zien.
12 april 2018: De politieverkenner stuurt een sms naar [medeverdachte 1] , maar er is
niet op gereageerd.
21 april 2018: De politieverkenner komt [medeverdachte 1] tegen op straat. [medeverdachte 1]
zegt dat hij het druk heeft, maar vraagt de verkenner of hij
die week nog tijd heeft.
25 april 2018: De politieverkenner stuurt een sms naar [medeverdachte 1] , maar er is
niet op gereageerd.
30 april 2018: [medeverdachte 1] belt de politieverkenner en zegt dat hij af wil
spreken.
1 mei 2018: De politieverkenner belt [medeverdachte 1] en ze spreken af in een horecagelegenheid. [medeverdachte 1] vertelt dat hij werkt bij een groothandel in groente in Moerdijk. Hij had in december tussen de € 20.000,- en € 30.000,- vergokt en moest daarom van zijn vader een andere baan zoeken. Het broertje van [medeverdachte 1] had de pizzeria weggedaan en was een lunchroom begonnen. [medeverdachte 1] spreekt veel over manieren om geld te verdienen. Hij verklaart dat de oom van zijn vrouw was gepakt voor een kwekerij en dat die nu geld zocht om iets op te starten.
2 mei 2018: [medeverdachte 1] belt de politieverkenner en wil afspreken.
17 mei 2018: De politieverkenner stuurt een sms naar [medeverdachte 1] . Hierna belt [medeverdachte 1] hem op. Hij wil de volgende avond afspreken.
23 mei 2018: [medeverdachte 1] belt de politieverkenner. Ze bezoeken samen horecagelegenheden. Hij vertelt dat hij de dag ervoor weer was gaan gokken en dat eerlijk geld verdienen wel relaxed was maar ook langzaam. [medeverdachte 1] vertelt dat de neef van zijn vrouw is gepakt voor een wietplantage en over ene [naam 2] die regelde dat er cocaïne uit containers van een Colombiaan werd gehaald. [medeverdachte 1] vertelt dat hij zelf ook een keer had geprobeerd cocaïne binnen te halen, maar dat dit niet was gelukt.
30 mei 2018: De politieverkenner belt met [medeverdachte 1] . Ze spreken af elkaar een andere keer te zien.
31 mei 2018: De politieverkenner belt naar [medeverdachte 1] en stuurt een sms, maar krijgt geen reactie.
19 juni 2018: De politieverkenner stuurt een sms naar [medeverdachte 1] , maar er is
niet op gereageerd.
23 juli 2018: [medeverdachte 1] belt de politieverkenner, ze spreken af elkaar de
volgende dag te ontmoeten.
24 juli 2018: [medeverdachte 1] belt de politieverkenner, ze spreken af in een horecagelegenheid. [medeverdachte 1] vraagt of de politieverkenner iemand weet die interesse heeft in 5 kilogram wiet die hij zou verkopen voor zijn oom. Hij vertelt dat zijn broertje in cocaïne dealde en dat hijzelf € 10.000,- had gewonnen met gokken.
31 juli 2018: De politieverkenner stuurt een sms naar [medeverdachte 1] met het bericht dat hij mogelijk iemand wist voor dat van zijn oom. Hierop is niet gereageerd.
4 augustus 2018: [medeverdachte 1] belt de politieverkenner. Hij wil weten hoe het zit met de verkoop van wiet en wil afspreken. De politieverkenner en [medeverdachte 1] spreken af voor 6 augustus 2018.
6 augustus 2018: [medeverdachte 1] belt de politieverkenner. Hij zegt dat hij hoofdpijn heeft van het geld en dat hij direct € 500,- nodig heeft. Vervolgens ontmoeten [medeverdachte 1] en de politieverkenner elkaar in een horecagelegenheid. De wiet van de oom was weggehaald en er was een halve kilogram over. [medeverdachte 1] had hier mogelijk een koper voor. De politieverkenner leent [medeverdachte 1] € 200,-. Dit geld zou hij voor het einde van de maand terugkrijgen.
14 augustus 2018: [medeverdachte 1] belt de politieverkenner. Ze spreken af en bezoeken horecagelegenheden. [medeverdachte 1] vertelt dat zijn oom in Turkije is, dat hij toch niet gaat verkopen en dat hij € 1.500,- aan huur en schulden heeft afgelost.
21 augustus 2018: De politieverkenner heeft drie gemiste oproepen van [medeverdachte 1] . Hij belt hem terug en ze spreken later die week af.
23 augustus 2018: De politieverkenner belt naar [medeverdachte 1] . [medeverdachte 1] heeft de
€ 200,- terug.
4 september 2018: De politieverkenner is gebeld door [medeverdachte 1] en belt terug. Ze ontmoeten elkaar in een horecagelegenheid. [medeverdachte 1] vertelt dat hij druk aan het nadenken was. Hij werkte nu voor een overslagplaats voor fruit van [bedrijf 2] . Hier kwamen veel bananen aan. [medeverdachte 1] vertelt dat hij is benaderd om 1 pallet gevuld met bananen en 100 kilogram cocaïne in een andere vrachtwagen te stoppen. De lading kwam uit Colombia, was van een Hollandse jongen en Marokkanen moesten het uitvoeren. In Vlissingen was er een corrupte douanier. De straatwaarde lag rond de € 3.000.000,- en [medeverdachte 1] zou
€ 150.000,- krijgen. Hij twijfelde of hij het moest doen.
5 september 2018: [medeverdachte 1] belt de politieverkenner. Hij vertelt dat hij een Hollander heeft gevonden voor de klus, maar dat hij nog geen ja had gezegd tegen de organisatie.
7 september 2018: [medeverdachte 1] belt de politieverkenner. Hij vertelt dat de Hollander nog altijd mee wil doen en dat hij ja heeft gezegd tegen de organisatie.
11 september 2018: [medeverdachte 1] belt de politieverkenner. Zij ontmoeten elkaar in een horecagelegenheid. [medeverdachte 1] geeft de geleende € 200,- terug. Hij vertelt dat hij nog twee mensen heeft geregeld op zijn werk waardoor de voorman niets door zou hebben. [medeverdachte 1] heeft al € 5.000,- gekregen van de organisatie. De grote jongens van de organisatie waren Hollanders en de uitvoering werd gedaan door Marokkanen, bekenden van [medeverdachte 1] . [medeverdachte 1] heeft het gesprek met de politieverkenner even verlaten voor een ontmoeting met één van de Marokkanen. Daarna ontmoeten de politieverkenner en [medeverdachte 1] de broer van [medeverdachte 1] in een andere horecagelegenheid. [medeverdachte 1] vertelt dat hij cocaïne moest regelen voor zijn broer. De broer vertelde druk te zijn met zijn zaak en inmiddels € 50.000,- te hebben geïnvesteerd.
15 september 2018: De politieverkenner heeft een gemiste oproep van [medeverdachte 1] .
17 september 2018: De politieverkenner belt [medeverdachte 1] . [medeverdachte 1] belt hem terug en zegt dat hij aan het wachten was. Hij vraagt of de politieverkenner die week nog tijd heeft om af te spreken.
20 september 2018: De politieverkenner belt [medeverdachte 1] . [medeverdachte 1] vertelt dat er nog geen nieuws is en ze spreken af elkaar die week nog te zien.
23 september 2018: De politieverkenner belt [medeverdachte 1] . Hij haalt hem vervolgens op. [medeverdachte 1] vertelt dat hij heeft gesproken met een Marokkaanse en een Turkse jongen en een chauffeur. De Marokkaan is de persoon die [medeverdachte 1] eerder had ontmoet. Dit is de zoon van de eigenaar van coffeeshop [naam 3] . Het gesprek had als doel het plan door te nemen met de chauffeur. De broer van [medeverdachte 1] voegt zich bij [medeverdachte 1] en de politieverkenner. [medeverdachte 1] vertelt ook aan zijn broer dat hij de chauffeur heeft gesproken.
27 september 2018 De politieverkenner heeft twee gemiste oproepen van [medeverdachte 1] en belt terug. [medeverdachte 1] vertelt dat het gelukt is en vraagt of de politieverkenner een geldtelmachine heeft. Ze spreken later die dag af en de politieverkenner haalt [medeverdachte 1] op. [medeverdachte 1] vertelt dat hij een PGP-telefoon heeft gekregen en dat hij op het laatste moment was geïnformeerd dat er een pallet klaarstond in de rijperij. [medeverdachte 1] is iets eerder naar zijn werk gegaan. De voorman is door de organisatie gevolgd. Er stonden drie auto’s klaar om de voorman van de weg te rijden en dat is ergens halverwege ook gebeurd door een Hollandse jongen. [medeverdachte 1] zegt dat nadat de voorman van de weg was gereden er een vrachtwagen kwam. Samen met de Hollander heeft hij de pallet met de code opgezocht en [medeverdachte 1] heeft de pallet met de cocaïne vervolgens in de vrachtwagen gezet. De Hollander had zich twee uur later ziek gemeld. [medeverdachte 1] vertelt dat hij nog € 75.000,- krijgt, omdat het om maar één pallet ging. De Hollander kreeg
€ 50.000,-. De volgende pallet zou binnen twee weken worden geleverd. [medeverdachte 1] wil er tot het einde van het jaar mee doorgaan. Tijdens het gesprek met de politieverkenner wordt [medeverdachte 1] gebeld door zijn broer met de mededeling dat hij het geld van de cocaïne kon ophalen. [medeverdachte 1] is vervolgens samen met zijn broer het geld op gaan halen.
28 september 2018: De politieverkenner heeft een gemiste oproep van [medeverdachte 1] en belt terug. [medeverdachte 1] vraagt wederom om een geldtelmachine. Later die dag heeft de politieverkenner wederom een gemiste oproep van [medeverdachte 1] .
29 september 2018: De politieverkenner heeft twee gemiste oproepen van [medeverdachte 1] .
30 september 2018: De politieverkenner heeft een gemiste oproep van [medeverdachte 1] en belt terug. [medeverdachte 1] zegt dat hij stress heeft en informeert weer naar een geldtelmachine.
8 oktober 2018: De politieverkenner wordt gebeld door [medeverdachte 1] . [medeverdachte 1] vraagt of ze af kunnen spreken en er wordt afgesproken elkaar de volgende dag te ontmoeten.
9 oktober 2018: Mondeling bevel stelselmatig inwinnen van informatie ex artikel 126j Sv.
10 oktober 2018: Schriftelijk bevel stelselmatig inwinnen van informatie ex artikel 126j Sv.