Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.De procedure
- het klaagschrift, ingediend op 14 april 2022 ter griffie van deze rechtbank ingevolge artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering (Sv), betreffende een op grond van artikel 94a Sv gelegd beslag op een onroerende zaak, te weten de woning gelegen aan het [adres] ;
- het standpunt van de officier van justitie; en
- de overige stukken uit het bijbehorende raadkamerdossier met voornoemd raadkamernummer.
2.Het standpunt van klager
3.Het standpunt van de officier van justitie
4.De beoordeling
5.De beslissing
beroep in cassatieworden ingesteld bij de Hoge Raad der Nederlanden te 's-Gravenhage (artikel 552d lid 2 Wetboek van Strafvordering).