ECLI:NL:RBZWB:2023:3895
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Schorsing van lasten onder bestuursdwang opgelegd aan eigenaar van pand na brandincident
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 6 juni 2023, wordt een verzoek om een voorlopige voorziening behandeld van een verzoeker, eigenaar van een pand, tegen de aan hem opgelegde lasten onder bestuursdwang door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dongen. De lasten zijn opgelegd naar aanleiding van een brand in het pand op 27 maart 2023, waarbij het college op 5 april 2023 twaalf lasten onder bestuursdwang heeft opgelegd vanwege overtredingen van het Bouwbesluit 2012 en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). De verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen deze lasten en verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 1 juni 2023 behandeld, waarbij zowel de verzoeker met zijn gemachtigde als de gemachtigden van het college aanwezig waren. De voorzieningenrechter oordeelt dat het besluit van 5 april 2023 onzorgvuldig is voorbereid en onvoldoende onderbouwd. Er zijn fouten en onduidelijkheden in het besluit, zoals het ontbreken van een rapport van de toezichthouder en het niet vermelden van de overtreden wettelijke voorschriften. De voorzieningenrechter wijst het verzoek toe en schorst het bestreden besluit tot twee weken na de beslissing op bezwaar, omdat de opgelegde lasten niet voldoende zijn onderbouwd en de veiligheid niet in het geding lijkt te zijn.
De voorzieningenrechter concludeert dat de zwaarte van de opgelegde lasten, in combinatie met de korte begunstigingstermijnen en het gebrek aan wettelijke grondslagen voor sommige lasten, aanleiding geeft om de voorlopige voorziening te treffen. Het college wordt veroordeeld tot betaling van het griffierecht en proceskosten aan de verzoeker.