ECLI:NL:RBZWB:2023:3807
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de niet-ontvankelijkheid van bezwaar tegen besluit studiefinanciering
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de beslissing op bezwaar van 3 oktober 2022, waarbij haar bezwaar tegen een eerder besluit van DUO niet-ontvankelijk werd verklaard. Eiseres, die in 2016 studiefinanciering ontving, had bezwaar gemaakt tegen een besluit van 3 maart 2020 waarin werd vastgesteld dat zij te veel had bijverdiend. Eiseres stelde dat zij door persoonlijke omstandigheden, waaronder de coronapandemie en een langdurige burn-out, niet in staat was om tijdig bezwaar te maken. De rechtbank heeft het beroep op 19 april 2023 behandeld, waarbij eiseres, haar echtgenoot en de gemachtigde van DUO aanwezig waren.
De rechtbank oordeelt dat DUO het bezwaar terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard, omdat eiseres niet binnen de wettelijke termijn van zes weken bezwaar heeft gemaakt. De rechtbank erkent de moeilijke omstandigheden van eiseres, maar concludeert dat deze niet voldoende zijn om het verzuim om tijdig bezwaar te maken niet aan haar toe te rekenen. De rechtbank wijst erop dat eiseres haar echtgenoot had ingeschakeld om haar DUO-account te beheren en dat het besluit van 3 maart 2020 tijdig was geopend. Hierdoor is de rechtbank van mening dat eiseres redelijkerwijs in staat had moeten zijn om tijdig bezwaar te maken of een derde in te schakelen.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en komt niet toe aan een inhoudelijke beoordeling van de vraag of eiseres in 2016 te veel heeft bijverdiend. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. J.E.C. Vriends, rechter, en openbaar gemaakt op 31 mei 2023.