Uitspraak
1.[eiser in conventie sub01] , en2. [eiser in conventie sub02] ,
1.[verweerder in conventie sub01] ,
2.
Stichting Bella,
1.De procedure
- het tussenvonnis van 28 september 2022, met de daarin genoemde stukken;
- de conclusie van antwoord in reconventie, met één productie;
- de mondelinge behandeling van 24 november 2022, waarvan de griffier aantekeningen heeft gemaakt;
- de conclusie van repliek in conventie, met producties;
- de conclusie van dupliek in conventie, tevens conclusie van repliek in reconventie, met producties;
- de conclusie van dupliek in reconventie, tevens eisvermindering.
2.De feiten
Ik kwam gisteravond (23 september) bij het [adres01] (…) [woonplaats01] en tot mijn verbazing constateerde ik dat de toegang tot mijn poort was afgesloten met een ketting en een hangslot. Ik heb u gebeld omdat ik naar binnen wilde en om te vragen wat de reden was waarom er een ketting met hangslot om mijn poort zat. U vertelde mij dat ik mijn terrein niet meer op mag vanwege een geschil dat wij hebben”. [verweerder in conventie sub01] en Stichting Bella hebben in die e-mail toegang tot het gehuurde gevraagd en afgifte van al hun eigendommen.
Den Haag gedagvaard voor achterstallige betalingen uit zakelijke (paarden)transacties.
3.Wat vinden partijen ?
4.4. Wat vindt de kantonrechter ?
De vordering van [eisers in conventie01]
- per 1 oktober 2008 met [verweerder in conventie sub01] ;
- per 1 januari 2012 met [verweerder in conventie sub01] ;
- per 1 januari 2013 met [verweerder in conventie sub01] en Stichting Bella;
- per 1 januari 2015 met [verweerder in conventie sub01] en Stichting Bella.
[verweerder in conventie sub01] en Stichting Bella zijn partijen alleen de huurovereenkomst per 1 januari 2008 overeengekomen. [verweerder in conventie sub01] betwist de handtekening op de huurovereenkomsten per 1 januari 2012, 2013 en 2015. Deze komen niet overeen met zijn handtekening op de huurovereenkomst van 2008, zo stellen [verweerder in conventie sub01] en Stichting Bella.
Dit betekent dat [verweerder in conventie sub01] verantwoordelijk is voor betaling van de huur vanaf 1 januari 2011 tot 1 januari 2015 en dat [verweerder in conventie sub01] en Stichting Bella samen verantwoordelijk zijn voor betaling van de huur vanaf 1 januari 2015 tot en met 2021.
Maar zij stellen dat zij met [eisers in conventie01] verrekenafspraken hebben gemaakt. Volgens
[verweerder in conventie sub01] en Stichting Bella was de afspraak dat zij de paarden van [eisers in conventie01] zouden trainen, opleiden en verkopen. [verweerder in conventie sub01] en Stichting Bella hebben veel kosten gemaakt voor het trainen en opleiden van de paarden. Die kosten zouden worden verrekend met de huur. [verweerder in conventie sub01] en Stichting Bella hoefden daarom geen huur te betalen, zo stellen [verweerder in conventie sub01] en Stichting Bella.
Hoewel uit de huurovereenkomsten, de verrekenstaten en de verklaringen ter zitting kan worden afgeleid dat er tussen partijen verrekenafspraken zijn gemaakt, is de hoogte van het te verrekenen bedrag niet op eenvoudige wijze vast te stellen. [verweerder in conventie sub01] en Stichting Bella hebben de te verrekenen bedragen niet concreet gesteld en niet met stukken onderbouwd.
en Stichting Bella stellen dat zij die stukken niet in de procedure kúnnen brengen, omdat de administratie nog bij [eisers in conventie01] ligt en [eisers in conventie01] weigert deze administratie aan [verweerder in conventie sub01] en Stichting Bella af te geven. Als dat al juist zou zijn - [eisers in conventie01] heeft dat namelijk betwist-, doet dat niet af aan de omstandigheid dat de gegrondheid van het verrekeningsverweer niet op eenvoudige wijze is vast te stellen. Omdat het verrekenings-verweer bij deze stand van zaken niet kan slagen en [verweerder in conventie sub01] en Stichting Bella niet hebben betwist dat zij de gevorderde huurtermijnen niet hebben betaald, is de conclusie dat de vordering van [eisers in conventie01] moet worden toegewezen, met inachtneming van het volgende.
[verweerder in conventie sub01] en Stichting Bella hebben vanaf 23 september 2021 dus geen huurgenot meer.
Zij zijn vanaf die datum daarom geen huur meer verschuldigd. De gevorderde huurtermijnen na 23 september 2021 zullen dus worden afgewezen.
en Stichting Bella de sleutels aan [eisers in conventie01] afgeven. Als [verweerder in conventie sub01] en Stichting Bella de sleutels niet (tijdig) afgeven, moeten zij aan [eisers in conventie01] een bedrag van € 300,00 betalen voor het vervangen van de sloten en de sleutels.
4.17. Over het in onderdeel 4.12. genoemde bedrag van € 168.000,00, dat ziet op de achterstand uit de huurovereenkomst met [verweerder in conventie sub01] in de periode 1 januari 2011 tot en met 31 december 2014, zal in plaats van de wettelijke handelsrente de wettelijke rente worden toegewezen.
De kosten waarvan [eisers in conventie01] vergoeding vordert, moeten daarom worden aangemerkt als kosten die betrekking hebben op verrichtingen waarvoor de proceskostenveroordeling wordt geacht een vergoeding in te sluiten. De gevorderde buitengerechtelijke kosten worden daarom in zoverre afgewezen.
Die kosten worden als volgt vastgesteld:
De kantonrechter wijst die vordering af. [eiser in reconventie sub01] en Stichting Bella hebben hun vordering namelijk onvoldoende gespecificeerd. Onduidelijk is wat onder de
volledigeadministratie en de
volledigeinboedel valt. De vordering is zodanig ruim geformuleerd dat een toewijzing van de vordering tot executieproblemen zal leiden, dit nog los van het feit dat [verweerder in reconventie01] heeft gesteld dat [eiser in reconventie sub01] de administratie al in december 2021 heeft meegenomen.
voor [verweerder in reconventie01] zou verzorgen. [verweerder in reconventie01] heeft die afspraak erkend onder randnummers 3a en 3d van de dagvaarding in de procedure in Den Haag [4] . Volgens [verweerder in reconventie01] zijn er in die periode 15 paarden naar [eiser in reconventie sub01] gegaan. Dat maakt een bedrag van in totaal (15 x € 7.000,00 =) € 105.000,00. [verweerder in reconventie01] heeft dat bedrag nooit aan
[eiser in reconventie sub01] of Stichting Bella betaald, reden waarom [eiser in reconventie sub01] en Stichting Bella dit bedrag alsnog van [verweerder in reconventie01] vorderen.
De afspraak was anders. Zoals uit voornoemde randnummers blijkt, heeft het bedrag van € 7.000,00 betrekking op door [verweerder in reconventie01] betaalde kosten voor de paarden, zoals hooi, dierenarts en hoefsmid. [verweerder in reconventie01] heeft de paarden namelijk de eerste drie jaar zelf opgefokt en opgeleid, en de kosten betaald. Pas na die drie jaar zijn de paarden naar
[eiser in reconventie sub01] gegaan en zijn de kosten voor rekening van [eiser in reconventie sub01] gekomen, zo stelt [verweerder in reconventie01] .
Die kosten worden als volgt vastgesteld: