Op 31 mei 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van aanranding. De zaak werd inhoudelijk behandeld op 17 mei 2023, waarbij de officier van justitie, mr. Y.E.Y. Vermeulen, en de verdediging hun standpunten naar voren brachten. De verdachte werd beschuldigd van het aanranding van een vrouw die in zijn woning werkzaam was. De rechtbank oordeelde dat de aangifte van de vrouw, ondersteund door Whatsapp-berichten en de verklaring van de verdachte zelf, betrouwbaar was. De rechtbank achtte het feit wettig en overtuigend bewezen, ondanks de verdediging die stelde dat er onvoldoende bewijs was voor de aangifte.
De rechtbank concludeerde dat de verdachte op 17 december 2021 in zijn woning de vrouw had vastgepakt en haar had gekust, wat leidde tot een inbreuk op haar lichamelijke integriteit. De verdachte had geen rekening gehouden met de situatie van de vrouw, die daar was voor schoonmaakwerkzaamheden. De rechtbank legde een taakstraf van 70 uren op, met de mogelijkheid van vervangende hechtenis indien de taakstraf niet naar behoren werd verricht. De beslissing is gebaseerd op de artikelen 9, 22c, 22d en 246 van het Wetboek van Strafrecht.