Uitspraak
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
4.De beoordeling van het bewijs
een tas (merk Louis Vuitton, inhoudende o.a. een portefeuille merk
Louis Vuitton en een hoeveelheid geld) toebehorende aan [slachtoffer 1] heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal
werd vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden of
gemakkelijk te maken, door die [slachtoffer 1] een vuurwapen te tonen en hiermee te dreigen en hiermee die [slachtoffer 1] tegen het hoofd te slaan en door die [slachtoffer 2] een
vuurwapen te tonen en hiermee te dreigen en dreigend een hand voor de mond van die
te houden;
wapens van categorie III, onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten
- een vuurwapen in de vorm van een pistool (merk Ekol, model Gediz,
kaliber 9 mm kort, ook .380 Auto genoemd, zijnde een gaspistool, dat
omgebouwd is tot een scherp schietend pistool) en
- een vuurwapen in de vorm van een revolver (merk Bruni, model
Olympic 38, kaliber .22 Long Rifle, zijnde een alarmrevolver, die omgebouwd is tot
een scherp schietende revolver) en
munitie van categorie van categorie III, te weten acht randvuur
kogelpatronen kaliber .22 Long Rifle en 5 centraalvuur kogelpatronen
kaliber 9 mm kort voorhanden
heeft gehad.
5.De strafbaarheid
6.De strafoplegging
7.De benadeelde partij
8.Het beslag
9.De wettelijke voorschriften
10.De beslissing
een gevangenisstraf van drie jaar;
terbeschikkingstellingvan verdachte en stelt daarbij als
voorwaarden:
[slachtoffer 1]van
€ 3.780,00waarvan € 780,00 aan materiële schade en € 3.000,00 aan immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente, vanaf 17 november 2021 tot aan de dag der voldoening;
€ 3.780,00te betalen; vermeerderd met de wettelijke rente, vanaf
47 dagen gijzelingkan worden toegepast, met dien verstande dat toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft;
[slachtoffer 2]van
€ 2.500,00te betalen; vermeerderd met de wettelijke rente, vanaf
35 dagen gijzelingkan worden toegepast, met dien verstande dat toepassing van de gijzeling de betalingsverplichting niet opheft;