ECLI:NL:RBZWB:2023:3604
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Verzet
- P. Ponds
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen verstekvonnis inzake onbetaalde zorgkosten en proceskosten
In deze zaak gaat het om een verzetprocedure van [eiser in verzet01] tegen een verstekvonnis van de kantonrechter te Middelburg, waarin hij werd veroordeeld tot betaling van onbetaalde zorgkosten aan het Universitair Ziekenhuis Antwerpen (UZA). [eiser in verzet01] was van 6 tot en met 8 juli 2020 opgenomen in het ziekenhuis, maar had op dat moment geen Europese zorgverzekeringspas bij zich. UZA heeft hem op 18 september 2020 twee facturen gestuurd voor medische prestaties ter waarde van € 8.314,50, welke hij niet heeft betaald. De zorgverzekeraar van [eiser in verzet01] heeft de facturen uiteindelijk vergoed, maar UZA heeft de betaling pas op 23 augustus 2022 ontvangen.
UZA heeft in de verstekprocedure gevorderd dat [eiser in verzet01] werd veroordeeld tot betaling van de hoofdsom, schadevergoeding en proceskosten. De kantonrechter heeft de hoofdsom toegewezen, maar de schadevergoeding en administratiekosten afgewezen. [eiser in verzet01] komt in verzet en stelt dat UZA de facturen niet aan hem, maar aan zijn zorgverzekeraar had moeten sturen. UZA voert verweer en concludeert tot bekrachtiging van het verstekvonnis.
De kantonrechter oordeelt dat [eiser in verzet01] ontvankelijk is in zijn verzet. UZA heeft haar vordering verminderd, maar de kantonrechter stelt vast dat [eiser in verzet01] geen Europese zorgverzekeringspas had en dat hij de facturen tijdig bij zijn zorgverzekeraar had moeten indienen. De gevorderde rente is toewijsbaar, en [eiser in verzet01] wordt veroordeeld in de proceskosten van de verzetprocedure. Het verstekvonnis wordt gedeeltelijk vernietigd, maar de veroordeling tot betaling van de rente en proceskosten blijft staan.