ECLI:NL:RBZWB:2023:3542

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
23 mei 2023
Publicatiedatum
24 mei 2023
Zaaknummer
AWB- 23_2595 VV
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van verzoek om voorlopige voorziening inzake bijstandsuitkering

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 23 mei 2023 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening. Verzoeker, die bezwaar had gemaakt tegen het besluit van 31 maart 2023 van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen op Zoom, verzocht om een voorlopige voorziening met betrekking tot de afwijzing van zijn aanvraag voor een bijstandsuitkering. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er geen zitting heeft plaatsgevonden, conform artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen benadrukt dat de Awb een verplichting tot betaling van griffierecht voorschrijft, zoals vastgelegd in artikel 8:82 in samenhang met artikel 8:41 van de Awb. Verzoeker is bij aangetekende brief van 27 april 2023 geïnformeerd over deze verplichting en is erop gewezen dat het griffierecht uiterlijk binnen twee weken moest worden betaald. Tevens is verzoeker gewaarschuwd dat bij niet-tijdige betaling het verzoek niet-ontvankelijk verklaard kon worden.

Aangezien het griffierecht niet binnen de gestelde termijn is ontvangen, heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat het verzoek kennelijk niet-ontvankelijk is. De uitspraak is gedaan door mr. V.M. Schotanus, in aanwezigheid van mr. S. Constant, griffier, en is openbaar gemaakt via geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Bestuursrecht
zaaknummer: BRE 23/2595 PW VV

uitspraak van de voorzieningenrechter van 23 mei 2023 in de zaak tussen

[naam verzoeker], uit [woonplaats verzoeker], verzoeker

en
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Bergen op Zoom(college), verweerder.

Procesverloop

Verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van 31 maart 2023 (bestreden besluit) van het college inzake de afwijzing van zijn aanvraag voor een bijstandsuitkering. Hij heeft de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is een zitting achterwege gebleven.

Overwegingen

1. In de Awb is de verplichting opgenomen tot betaling van griffierecht. Dit vloeit voort uit artikel 8:82 van de Awb, in samenhang met artikel 8:41 van de Awb.
2. Verzoeker is bij aangetekende brief van 27 april 2023 gewezen op de verplichting tot het betalen van griffierecht. Aan verzoeker is meegedeeld dat het griffierecht uiterlijk binnen twee weken moet worden betaald. Verzoeker is er in deze brief tevens op gewezen dat bij niet tijdige betaling het verzoek niet-ontvankelijk kan worden verklaard.
3. De voorzieningenrechter constateert dat het griffierecht niet binnen de gestelde termijn is ontvangen. Het verzoek is dan ook kennelijk niet-ontvankelijk.

Beslissing

De voorzieningenrechter verklaart het verzoek om voorlopige voorziening niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. V.M. Schotanus, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. S. Constant, griffier, op 23 mei 2023 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
griffier
voorzieningenrechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.