ECLI:NL:RBZWB:2023:3514
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Schorsing van omgevingsvergunning voor het realiseren van woningen in verenigingsgebouw
Op 23 mei 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoekers een voorlopige voorziening hebben gevraagd tegen de verleende omgevingsvergunning voor het realiseren van zeven woningen in een bestaand verenigingsgebouw. De omgevingsvergunning was eerder verleend door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Altena op 2 juni 2022. Verzoekers hebben bezwaar gemaakt tegen deze vergunning en hebben op 20 maart 2023 beroep ingesteld, vergezeld van een verzoek om voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft op 9 mei 2023 de zaak behandeld, waarbij zowel verzoekers als de vergunninghouder aanwezig waren.
De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat er sprake is van een spoedeisend belang, omdat de vergunninghouder heeft aangegeven de bouwwerkzaamheden te willen starten zonder de uitkomst van de beroepsprocedure af te wachten. De rechter heeft vastgesteld dat het college ten onrechte geen welstandstoets heeft uitgevoerd, wat in strijd is met de geldende bestemmingsplannen. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om schorsing van de omgevingsvergunning toegewezen, omdat de vergunninghouder niet heeft voldaan aan de eisen van het bestemmingsplan en de welstandseisen niet zijn nageleefd.
De uitspraak houdt in dat het bestreden besluit van 2 juni 2022 wordt geschorst tot twee weken na de uitspraak in de bodemprocedure. Daarnaast is het college veroordeeld tot betaling van het griffierecht en proceskosten aan verzoekers. De voorzieningenrechter heeft benadrukt dat de beslissing voorlopig is en geen bindende werking heeft voor de uiteindelijke uitspraak in de bodemprocedure.