ECLI:NL:RBZWB:2023:3389
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep inzake kinderopvangtoeslag door niet tijdig betalen griffierecht
Op 17 mei 2023 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak tussen een eiseres en de Belastingdienst/Toeslagen. De eiseres had beroep ingesteld omdat zij van mening was dat de Belastingdienst niet tijdig had beslist op haar verzoek om herbeoordeling van haar situatie met betrekking tot de kinderopvangtoeslag, ingediend op 31 maart 2021. De rechtbank heeft het beroep versneld behandeld op basis van afdeling 8.2.3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en heeft geoordeeld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is. Dit oordeel is gebaseerd op het feit dat het griffierecht niet is betaald en dat er geen verontschuldigbare reden is voor het niet tijdig betalen van dit griffierecht.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiseres op 7 maart 2023 een aangetekende brief heeft ontvangen waarin zij werd verzocht het griffierecht van € 50,- binnen twee weken te betalen. Aangezien de eiseres dit bedrag niet op tijd heeft betaald en geen reden heeft gegeven voor dit verzuim, heeft de rechtbank geconcludeerd dat het beroep niet-ontvankelijk is. Dit betekent dat de rechtbank het beroep niet inhoudelijk heeft beoordeeld en dat het bestreden besluit van de Belastingdienst in stand blijft. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. E.J. Govaers, rechter, in aanwezigheid van C.J.M. Hendrickx, griffier, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. Partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om verzet aan te tekenen tegen deze uitspraak binnen zes weken na verzending.