ECLI:NL:RBZWB:2023:2677
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Rekestprocedure
- mr. Hamburger
- mr. Combee
- mr. Skrotzki
- Rechtspraak.nl
Verlenging ondertoezichtstelling van een minderjarige in het kader van jeugdbescherming
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 14 april 2023 een nadere beschikking gegeven over de verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige, geboren in 2017. De minderjarige, hierna te noemen [minderjarige], is sinds 29 december 2022 bij haar vader geplaatst na een traumatische uithuisplaatsing. De ondertoezichtstelling was eerder ingesteld bij beschikking van 30 juni 2020 en is sindsdien meerdere keren verlengd. De huidige beschikking betreft de verlenging van de ondertoezichtstelling van 18 april 2023 tot 30 maart 2024.
De Gecertificeerde Instelling (GI) heeft verzocht om deze verlenging, omdat er zorgen zijn over de ontwikkeling van [minderjarige]. De ouders zijn betrokken bij de procedure, waarbij de moeder en de vader door hun advocaten zijn bijgestaan. De rechtbank heeft de zaak met gesloten deuren behandeld, waarbij ook vertegenwoordigers van de GI en de Raad voor de Kinderbescherming aanwezig waren. De rechtbank heeft vastgesteld dat er nog steeds zorgen zijn over de ontwikkeling van [minderjarige] en dat het noodzakelijk is dat zij zo snel mogelijk naar school gaat, aangezien zij inmiddels leerplichtig is.
De rechtbank heeft geoordeeld dat de GI een belangrijke rol speelt in de hulpverlening en dat de samenwerking tussen de ouders aan het verbeteren is. De rechtbank heeft de ondertoezichtstelling verlengd en de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk moet worden uitgevoerd, ook als er hoger beroep wordt ingesteld. De beschikking is openbaar uitgesproken door de kinderrechters mr. Hamburger, mr. Combee en mr. Skrotzki, in aanwezigheid van de griffier Van Beijsterveldt.