Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
wonende te [woonadres] ,
woonplaats kiezende ten kantore van mr. A.A.W. den Ouden te (5061 KB) Oisterwijk, Schijfstraat 6F.
1.De procedure
ex artikel 533 Svten laste van de Staat voor een bedrag van:
ex artikel 530 Svten laste van de Staat voor een bedrag van:
- het vonnis van de meervoudige kamer van 22 april 2022 waarbij verzoeker is vrijgesproken;
- de stukken waaruit blijkt dat verzoeker op 12 februari 2020 in verzekering is gesteld en op 15 mei 2020 in vrijheid is gesteld;
- de schriftelijke reactie van de officier van justitie.
2.De beoordeling
94 dagen in voorlopige hechtenisdoorgebracht, waarvan 2 dagen met beperkingen op het politiebureau en 92 dagen dagen in het Huis van Bewaring waarvan 5 dagen met beperkingen. De LOVS-uitgangspunten gaan uit van een forfaitaire vergoeding van € 130,00 per dag voor het verblijf op het politiebureau of in het Huis van Bewaring met beperkingen of in een extra beveiligde inrichting (EBI) en € 100,00 in de overige gevallen.
€ 9.610,00.
€ 680,00toegekend.
3.De beslissing
€ 9.610,00, bestaande uit de schade wegens ondergane voorlopige hechtenis;
€ 10.290,00zal worden overgemaakt op [rekeningnummer] ten name van Den Ouden Stichting Beheer Derdengelden, onder vermelding van “ [naam] ”