ECLI:NL:RBZWB:2023:2543
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op aanvraag kinderopvangtoeslag
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, gedateerd 14 april 2023, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had op 31 maart 2021 een aanvraag ingediend voor herbeoordeling van haar situatie met betrekking tot de kinderopvangtoeslag. De rechtbank oordeelt dat de Belastingdienst/Toeslagen niet tijdig heeft beslist op deze aanvraag. De rechtbank vernietigt het niet tijdig nemen van een besluit en draagt de verweerder op om binnen tien weken na de uitspraak alsnog een besluit bekend te maken. Tevens moet de verweerder een dwangsom van € 100,- per dag betalen voor elke dag dat de termijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres krijgt ook het betaalde griffierecht van € 50,- vergoed en de proceskosten tot een bedrag van € 418,50. De rechtbank heeft besloten dat een zitting niet nodig is, omdat dit volgens artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht niet vereist is. De rechtbank benadrukt dat als een bestuursorgaan niet op tijd beslist, de betrokkene in beroep kan gaan, mits er een ingebrekestelling is gedaan. In dit geval was de ingebrekestelling tijdig, waardoor het beroep ontvankelijk is. De rechtbank heeft de termijn voor het nemen van een nieuw besluit vastgesteld op tien weken, rekening houdend met de grote hoeveelheid aanvragen die de verweerder moet behandelen. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien om de termijn te verlengen vanwege vertraging door toedoen van eiseres. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun mogelijkheden om in verzet te gaan tegen deze uitspraak.