ECLI:NL:RBZWB:2023:2466
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Verschoning
- M. Peters
- J. Broeders
- A. de Graaf
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van een verschoningsverzoek in een belastingzaak
Op 10 maart 2023 heeft de meervoudige verschoningskamer van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda, een beslissing genomen op het verschoningsverzoek van mr. Hage, rechter in opleiding. Het verzoek was ingediend in het kader van de hoofdzaak met kenmerk BRE 20/5449 tot en met 20/5453, waarin de Erven [naam 1] en [naam 2] betrokken waren, bijgestaan door ABAB, vertegenwoordigd door de heer [naam 3]. De Belastingdienst was de tegenpartij, bijgestaan door mr. J.W.A. Driessen.
De procedure begon met het indienen van het verschoningsverzoek op 7 maart 2023. De rechter heeft in haar verzoek aangegeven dat zij in het verleden werkzaam is geweest voor zowel ABAB als de Belastingdienst. Hoewel deze feiten zich na haar vertrek in 2016 hebben voorgedaan, heeft de rechter besloten zich te verschonen vanwege vragen die door de heer [naam 3] aan haar zijn gesteld over de toewijzing van de zaak. Dit heeft geleid tot de beslissing om het verzoek tot verschoning toe te wijzen, om de schijn van partijdigheid te vermijden.
De verschoningskamer heeft geoordeeld dat het verzoek terecht is ingediend en heeft bepaald dat de behandeling van de hoofdzaak door een andere rechter moet worden overgenomen. De beslissing is genomen in raadkamer en is openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op de website van de Rechtspraak. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.